Religie als geestelijke verbondenheid

Op de oudejaarsdag wordt op het Onafhankelijkheidsplein te Paramaribo het traditionele kruidenbad gegeven aan burgers die zich daarvoor aanmelden. Het staat in onze veelzijdige cultuur bekend als de reiniging van lichaam en geest. De mensen worden daarbij steeds met rust gelaten. Als de burger of de toerist zich naar het binnenland begeeft, wordt die al gauw geconfronteerd met de rituele handelingen van bewoners van ons achterland. Als regeerders verafgelegen delen van het land bezoeken, ontkomen zij niet aan het meemaken (en beleven) van de traditionele gebruiken van bewoners diep in de Surinaamse bossen. Ook die burgers worden met rust gelaten, zij koesteren hun vaste gebruiken en dragen hun tradities op hun karakteristieke wijze uit. Regeringspersonen, districtscommissarissen, projectontwikkelaars en anderen brengen hun plengoffer voor de goede afloop van een project of bij de ingebruikname van het dienstgebouw ergens. Het gaat om de Surinaamse cultuur. Op de begraafplaats komt het regelmatig voor dat met de lijkkist op de schouders van dragers en familieleden met muziek, zang en dans gelopen wordt naar de open groeve. Zo geschiedt dat reeds langer dan een eeuw. Laat de mensen met rust, zij geloven op hun manier in de kracht van deze traditie. Wereldwijd spat de fles champagne tegen het vaartuig uit elkaar op het moment van de tewaterlating. De wereldgemeenschap gelooft kennelijk reeds eeuwen in de kracht van deze rituele handeling. Zo kunnen wij deze opsomming eindeloos voortzetten, om tenslotte weer neer te strijken op eigen grond van cultuurverscheidenheid. Suriname staat wereldwijd bekend als het land van de moskee allernaast de synagoge. Een voorbeeldstrekkende aanschouwing voor de wereldgemeenschap in een tijd van bloedige oorlogen en afslachtingen, waarvan verschil in geloofsovertuiging niet zelden de grondoorzaak is. De vrijheid van godsdienst is tot vandaag een ongeschonden recht geweest in ons land. Wij beroepen ons zo vaak op onze levenservaringen, opgedane kennis en verworven bekwaamheden. Wij bereiken levensjaren die naar onze menselijke maatstaven garant staan voor wijsheid. Maar vergissen wij ons daarbij soms niet? Want is het niet zo dat het voor velen onder ons, waaronder ook bekendheden, een mensenleeftijd duurt alvorens wat verstandig te kunnen denken? Richten wij zo onze blikken om ons heen, ontwaren wij dan geen personen die er gestadig blijk van geven niet mee te kunnen groeien met de ontwikkelingen des tijds in eigen land? Want zijn niet de verschillende religieuze organisaties in Suriname steeds meer bereid om hun geestelijke arbeid in een klimaat van wederzijds respect verder te verrichten? Dit respect gaat zelfs zover dat de zo genoemde winti-cultuur in Suriname naar de gemeenschap toe liever een onbekritiseerd thema blijft, zulks ter voorkoming van het kwetsen van anderen in hun geestelijke belevingen. In veel gezinnen en familiekringen komt religieverscheidenheid voor. Spanningen daarover zijn geen opvallendheden bij ons. De huidige regeringsleider tevens partijleider heeft in zijn politieke organisatie voortdurend gewezen op de zo noodzakelijke eenheid als volk. Welnu, om een lang verhaal maar kort te maken: de zittende president heeft door zijn eigen uitspraken bij herhaling op overtuigende wijze kenbaar gemaakt dat de beleving van onze fundamentele vrijheden als volk ons nimmer ontnomen zal mogen worden. Daaronder valt ook nadrukkelijk het recht van elke burger van het land een gelijkwaardige behandeling van staats-en rechtswege te krijgen, ongeacht zijn of haar religieuze overtuiging. Een bekende partijvoorzitter in ons land heeft het vaker gezegd tegen zijn achterban: ‘de grootste vijanden van onze politieke partij zijn onze partijleden zelf’. In de geest hiervan mogen wij als burgers ook zeggen: ‘de grootste vijand van ons volk is degene die in welk opzicht dan ook verdeeldheid predikt onder het Surinaamse volk’. Politiek bestaat ook voor de religie, terwijl de religie eveneens tot heil van de politiek dient. De splijtzwam heeft hier geen plaats. God aanbidden is een kwestie van het hart, niet van de mond, de handen of de knieën. De president die selectieve sympathie toont voor de religie als cultuursegment in Suriname is zeker geen lang politiek leven beschoren.
Stanley Westerborg.
[email protected]

error: Kopiëren mag niet!