Staatsolie Maatschappij Suriname NV heeft vandaag een tweede obligatielening aangekondigd. Deze zal wederom worden uitgezet onder de Surinaamse gemeenschap en heeft een looptijd van vijf jaar en een jaarlijkse rente van 7,75%, driekwart procent hoger dan de eerste obligatielening. De start van de nieuwe obligatie emissie valt samen met de einddatum van de lopende lening, namelijk 14 mei 2015. De nieuwe obligatielening heeft als doel deelfinanciering van het investerings-programma 2015-2020 van Staatsolie dat bestaat uit:
• Het vinden van onshore en nearshore reserves
• Minimaal behouden van de onshore-olieproductie op 17.000 barrels per dag
• Verhogen van het opwekvermogen van haar electriciteitscentrale naar 96 megawatt
• Afronding van het Raffinaderij Expansie Project
• Participatie in het Merian Goudproject, een samenwerking met SURGOLD.
Dit investeringsprogramma is begroot op ongeveer USD 1 miljard. Het investeringsprogramma wordt hoofdzakelijk gefinancierd uit eigen middelen, aangevuld met leningen aangegaan bij een internationale groep van banken onder leiding van Credit Suisse. Staatsolie verwacht via de uitgifte van nieuwe obligaties minimaal USD 55 miljoen bij de gemeenschap te lenen.
Bijzonder aan de tweede obligatielening – de eerste werd in 2010 uitgegeven – is dat de 2.197 huidige obligatiehouders voorkeur hebben tijdens de inschrijvingsperiode om wederom in te schrijven voor hetzelfde of een hoger bedrag. Onder het devies ‘Investeer in groei’ biedt Staatsolie de totale gemeenschap de gelegenheid om haar bijdrage van ruim 6 procent – het aandeel dat bij de eerste obligatielening in 2010 was vergaard – in de financiering van het investeringsprogramma te behouden. “De Staatsolie-business-case is solide en wij vertrouwen erop dat de gemeenschap ook deze keer zal bijdragen aan de verdere groei van de onderneming”, zegt financieel directeur Agnes Moensi-Sokowikromo.
De minimale inleg is USD 100 en de jaarlijkse rente bedraagt 7,75 %. Inschrijvingen zullen in twee perioden plaats vinden. De huidige obligatiehouders kunnen tussen 30 maart en 15 april 2015 hun obligatie(s) inruilen en/of inschrijven voor nieuwe. Tussen 15 en 30 april kunnen overige beleggers inschrijven. Op 4 mei vindt de toewijzing plaats, waarna de storting van de inleggelden uiterlijk 14 mei 2015 moet zijn gedaan.
De Surinaamsche Bank N.V., die de 7 procent obligatielening 2010-2015 voor Staatsolie arrangeerde, is vanwege haar ervaring en infrastructuur opnieuw aangetrokken als arrangeur . De obligatieuitgifte 2010-2015 leverde uiteindelijk USD 55,1 miljoen op, bijna vier maal meer dan hetbeoogde bedrag van USD 15 miljoen. Onder de beleggers bevonden zich lokale ondernemers, stichtingen, pensioenfondsen en burgers.
DSB heeft voor deze nieuwe obligatie alle lokale banken bereid gevonden om een loketdienst te vervullen, waardoor de bereikbaarheid voor de gemeenschap is vergroot. Deze banken zijn:
– Hakrinbank
– Finabank
– Landbouwbank
– Volkskredietbank
– Surinaamse Postspaarbank
– Godo Coöperatieve Spaar- en Kredietbank
– Southern Commercial Bank
– Trustbank
– Surichange Bank
– RBC Royal Bank Suriname
Staatsolie hoopt dat de samenleving haar rotsvast vertrouwen in het bedrijf wederom toont door deel te nemen aan deze obligatieuitgifte en daarmee te ‘Investeren in Groei’.