BEP-assembleelid Ronny Asabina benadrukt dat Alcoa echt niet op de knieën is gegaan voor regering Bouterse-Ameerali. Deze indruk wordt door de regering gewekt als zou het beëindigen van de overeenkomst met Alcoa een wapenfeit zijn van deze regering. Maar dit is niet waar, waarschuwt Asabina. Hij zegt dat de regering niet moet proberen zand te strooien in de ogen van het volk. Ook moet de regering niet trachten politiek te scoren met deze materie. Niet alleen in Suriname, maar wereldwijd stopt Alcoa met haar activiteiten vanwege de terugval in de bauxietprijs.
Asabina zegt verder met klem dat de regering niet in een hoerastemming moet verkeren door overname van Suralco en de Afobakadam. Uit commerciële overwegingen heeft Alcoa besloten uit Suriname te stappen. Asabina hoopt dat het getij zich weer mag keren op de wereld, zodat het bedrijf weer winstgevend wordt voor Suriname. Ook legt hij nogmaals de nadruk op dat Suriname na overname van de Afobakadam niet onverantwoord moet omgaan met de bodem van het stuwmeer door een wildwest op zoek naar goud te creëren op het meer.
De politicus is ook van oordeel dat het hoogste college van Staat omstandig en genoegzaam geïnformeerd moet worden over de overdracht alvorens de bescheiden te bekrachtigen. Dergelijke handelswijze illustreert goed bestuur, transparantie en voorspelbaarheid van beleid. Asabina hoopt niet dat het parlement middels een kennisgeving ingelicht zal worden over de overname van Suralco door Suriname. Tijdens de onderhandeling is het van belang dat Suriname probeert het onderste uit de kan te halen. ‘We moeten ons huid duur verkopen.’ En dit moet ten voordele zijn van het Surinaams volk.
Asha Gajadien-Bhagwat