De ‘Commissie Herziening Wet op de illegale uitvoer cultuurgoederen’ heeft tijdens een open consultatie getracht informatie en advies in te winnen van representanten uit de kunst en cultuursector. De wetgeving die sinds 1952 van kracht is, is inmiddels sterk verouderd en heeft een update nodig. Hierbij moet er bepaald worden wat men onder Surinaams Erfgoed en Surinaamse Cultuurgoederen verstaat. Het zijn twee definities die de Unesco hanteert en waarop de wettelijke regelingen van toepassing zijn. Door dit te definiëren, is het ook mogelijk om een registratie van cultuurgoederen te kunnen uitvoeren. ‘Nu wordt het weggedragen naar het buitenland zonder dat we er iets aan kunnen doen’, aldus Mildred Caprino, erfgoeddeskundige. ‘Antieke voorwerpen, zoals meubilair, kasten en panelen van marronwoningen, vinden we allemaal terug in musea in het buitenland.’
Vroeger werd hierop neergekeken en was er sprake van een vervreemding van het kunsthistorische erfgoed. Dat wat uit het buitenland kwam, werd gezien als beter en mooier, waardoor er veel verdwenen is. ‘Wat er is moet je beschermen’ , zo liet Caprino weten. Dat het zo lang geduurd heeft voordat de erfgoederen beter beschermd worden, heeft te maken met de periode waar Suriname in zat. Deze periode was belangrijk voor bewustwording, zelfverwezenlijking en politieke ontwikkelingen, waardoor er andere prioriteiten werden gesteld. ‘Des te beter dat we het nu weer gaan oppakken. In een treinvaart moeten we het een en ander oppakken.’
Cultureel erfgoed als navigatiesysteem
Het beschermen van het culturele erfgoed kan bijzonder goed werken voor bewustwording en zelfverwezenlijking, vindt Caprino. ‘Het kan dienen als navigatiesysteem, een verleden wat lang is weggedrongen en de laatste tijd weer aan het oppakken is om meer begrip te krijgen en werkelijk met onze ogen en proporties de geschiedenis uit te leggen. Het erfgoed is een ondersteuning van het eigen verhaal.’ Momenteel is Suriname bezig met het schrijven van de geschiedenis vanuit emoties. Een universitaire benadering wordt afgewimpeld als theoretisch gekrakeel. Een grote nadruk ligt op het afzetten tegen de Europese invloeden, die jarenlang bewindsvoerders waren. ‘Wie vervalst meer dan degene die het probeert te verdringen?’, is de retorische vraag van Caprino ‘Het niet respecteren van de geschiedenis is een vervalsing. De ‘andere’ mag het niet neerhalen. Als wij met ons erfgoed te werk gaan, vanuit onze emoties, kan het beter aan de orde komen dan wanneer ‘anderen’ er onrespectvol mee omgaan. Wij zijn op zoek naar een waarheid, niet naar de waarheid. Deze kunnen we toch niet vinden en is ons zolang opgelegd. Dat is een vervalsing.’ Verder wil men niet alleen de museumstukken bereiken. Het doel ligt op mensen gevoelig maken en bewust worden op lange termijn. Als men de mevrouw op het erf bereikt, zou dit een belangrijke stap zijn. Vaak hebben deze mensen nog een belangrijk voorwerp ergens in de kast liggen. Niet alleen in Paramaribo zijn er voorwerpen te vinden, ook in de districten.