Een tijd geleden toen de laatste fase van de herinrichting van de binnenstad van Paramaribo (met name Maagdenstraat) aan de gang was, schreven wij dat het er heel slordig aan toe ging. Het was duidelijk dat voor deze grootscheepse projecten de overheid veel belastinggeld uitgaf. Het werk dat in de binnenstad wordt opgeleverd, moet behalve functioneel ook heel keurig zijn afgewerkt. Er worden veel beelden geschoten in deze straten. Buitenlanders over de hele wereld lopen regelmatig over deze straten en doen alzo hun tweede indruk van Suriname op en vereeuwigen dat op het internet of vertellen het door in hun land. De slordigheid die aan de dag wordt gelegd, duidt aan de ene kant op mismanagement van de overheid, die moet controleren, een gebrek aan zelfrespect en beroepstrots bij de ondernemer en wellicht ook nog een afwezige verantwoordingsplicht vanwege de wijze waarop het werk is gegund en de geldstromen die de verschillende richtingen uitlopen. Opmerkelijk is dat de Surinaamse burgerij maar heel zelden er een punt van maakt dat de binnenstad na een herinrichting toch wel slordig wordt achtergelaten. Een heel enkele keer is er een beller, die de ontoelaatbare situatie entameert, zoals laatst op de staatszender. Opmerkelijk was dus dat de klacht van die bepaalde burger niet al te serieus werd opgevat. De indruk die buitenlanders nader in tweede instantie in ons land opdoen, is voornamelijk in de stad. De gaten, die men aan de zijkanten gewoon met zand of soms cement propt op de trottoirs, vallen personen die beter gewend zijn of gezien hebben direct op. Dus het is mogelijk in Suriname dat een aannemer belastinggeld verbrast en dat men gewoon langs loopt en niets zegt. Maar het is een feit dat met openbare werken veel geld wordt verbrast en mogelijk dat er ook veel sprake is van corruptie, dus verminderde of geen toezicht in ruil voor een commissie. Dit gedrag is trouwens niet alleen gaande bij OW en andere ministeries, ook in de staatsbedrijven worden er flinke njangs gemaakt door afdelingen, die controleren in tweede instantie maar meer nog door directieleden die werken gunnen. De directie beslist naar welke ondernemer het onderhoud van het gebouw en apparatuur (airco’s, elektra etc..) gaat en van waar de aankopen worden gedaan. Ook hier wordt – als we afgaan op wat werknemers van die bedrijven zeggen – zwaar misbruik gemaakt van staatsgelden. De anticorruptiewet, waarvan er al geruime tijd sprake is in Suriname, moet ook de directieleden van de staatsbedrijven omvatten. De aangifte van de bezittingen en bankrekeningen zal een indicatie geven hoe zwaar men huishoudt met staatsmiddelen. De regering heeft bij monde van de vp heel stoer beloofd dat zij de salarissen in staatsbedrijven, die met staatsgelden worden bekostigd, transparant zou maken voor de civil society. Tot nu toe heeft de vp zijn belofte niet waar kunnen maken. De vp kan namens de regering inzage vragen in de salarissen en toelagen van bijvoorbeeld de directieleden van deze staatsbedrijven. De klacht was eens dat de vp de overzichten vraagt, maar de inzage niet krijgt. Is dat geen vreemde situatie? Brengt de gezagsverhouding waar deze directieleden staan tegenover de betrokken minister niet met zich mee dat inhoud wordt gegeven aan de instructie op straffe van in het uiterste geval een ontheffing? Bij staatsbedrijven in de gezondheidszorg worden er miljoenen bijvoorbeeld opgebracht voor de zorginstellingen. De instituten die moeten zorgen voor het controleren van een doelmatige en rechtmatige besteding van de middelen afkomstig uit de subsidie in deze bedrijven ontbreekt. De Clad functioneert met horten en stoten en het meest op momenten waar er een wisseling van de wacht is bij de regering. Ook de Rekenkamer functioneert benedenmaats en dat heeft te maken met de bezetting, want een bepaald diploma alleen is uiteraard niet voldoende. Bij de Rekenkamer draait het om de onafhankelijkheid en de durf, dus het hebben van een ruggengraat. Daarvoor moet je als persoonlijkheid overtuigd zijn en stevig in elkaar zitten. Een enkele Rekenkamervoorzitter heeft het in het verleden zwaar te verduren gehad, omdat hij geen blad voor de mond nam. Hans Prade is daar een voorbeeld van. In DNA nam een aantal coalitieleden een fel standpunt in tegen hem middels een zogenaamde motie van wantrouwen. De rancune tegen hem na een alles onthullend Rekenkamerrapport deed hem voorgoed uit Suriname vertrekken. De huidige Rekenkamervoorzitter is in elk geval geen Hans Prade en ook niet van een vergelijkbaar kaliber. Op het Nederlands Filmfestival 2014 zal de documentaire over de laatste dagen van Prade in Suriname, verfilmd door een dochter in 1997 tijdens de regering Wijdenbosch, vertoond worden. De link met de slordige en geregelde werken waaraan men zich onrechtmatig verrijkt, zal dan duidelijk worden en de apathie vanuit bijvoorbeeld de Rekenkamer ook. De politiek is immers sindsdien niets veranderd. Punt blijft dus dat corruptie verlammend werkt voor de algehele ontwikkeling van een land met achterstanden als Suriname. Corruptie heeft wellicht ook veel te maken met de verfraaiing van Paramaribo, die van ver misschien wel gerealiseerd lijkt. Van dichtbij wordt duidelijker zichtbaar dat de verfraaiingspogingen falen. Opvallend is dat dezelfde activiteiten op de trottoirs in de buurt van het kabinet van de president en het DNA-gebouw wel keurig in orde zijn. Aannemers hebben de opdrachten voor de aanleg van de bermen aan de Maagdenstraat en nog een aantal straten in de binnenstad niet serieus opgevat en dat blijkt uit de al losrakende tegels en de kleine gaten waarvoor men heel passende stenen wil gebruiken. Het geheel is slordig. Dit alles past in het grotere plaatje van corruptie en mismanagement. In aanloop naar de verkiezing is de partij die corruptie niet tot de top 3 van haar prioriteiten stelt, met duidelijke verifieerbare plannen, niet serieus te nemen.