Het ministerie van Transport, Communicatie en Toerisme (TCT) heeft een beslissing genomen betreffende de vergunningoverdrachten bij het openbaar vervoer. Volgens secretaris Robby Boedhoe van de Particuliere Lijnbushoudersorganisatie (PLO) zou dit sinds november moeten geschieden. Het ministerie heeft besloten om de verzoeken betreffende de rechtsverkrijging die vanaf 1 december 2006 tot en met 31 december 2013 zijn aangevraagd, eenmalig te honoreren. Er wordt dus een generaal pardon verleend over deze periode. De nadruk wordt uitdrukkelijk gelegd op het eenmalige karakter van deze beleidsmaatregel die tot doel heeft de ordening te doen vlotten.
Bushouders die een vergunning hebben gekocht bij een andere bushouder in de periode 1 december 2006 tot en met 31 december 2013, kunnen zich laten registreren voor goedkeuring van de vergunningsoverdracht.
Aanvragen betreffende vergunningen die verder zijn verhandeld na 31 december 2013, zullen worden afgewezen. Deze vergunningen kunnen zelfs worden ingetrokken. De vergunninghouder moet zich bij de registratie aanmelden samen met degene die conform het verzoek de nieuwe vergunninghouder moet worden. De registratie vindt plaats tussen 3 maart en 3 april. Na de registratie zal het ministerie overgaan tot het formaliseren van de verzoeken
John Mahadewsing, voorzitter van de PLO, hoopt dat de ordening nu goed zal beginnen en het fenomeen van illegale bussen tot het verleden zal gaan behoren. Bij wet is het verboden vergunningen verder te verhandelen, omdat deze persoonsgebonden zijn. Mahadewsing meent te weten dat dit in het verleden wel gedoogd werd.
Tijdens de persconferentie vrijdag werd ook de informatie gegeven dat in het TCT-bestand 1.245 vergunningen voorkomen en 1.155 daarvan geregistreerd zijn. Landelijk zijn er 66 routes. ‘De niet-geregistreerde vergunningen zijn er ongeveer 90, maar uit onderzoek is gebleken dat het om het drievoudige gaat’, zegt Thelma Douglas Pinas, directeur op het ministerie.
Consuela Raalte