Anticorruptiewet zonder verplichte jaarlijkse verklaring niks waard

Door de president is een anticorruptiewet ingediend bij de DNA. Daarmee lost de president een deel van zijn belofte in wat betreft de kruistocht tegen de corruptie. De president c.q. de regering moet het volk echter niet blij maken met een dode mus. Men moet geen anticorruptiewet indienen ‘pour la form’. In dit kader is belangrijk mee te nemen dat om de corruptie te bestrijden doorgaans sprake moet zijn van anticorruptiewetgeving, dus een samenstel van wet- en regelgeving. In Suriname bestaat er al anticorruptiewetgeving verspreid over bijvoorbeeld, de Grondwet, de Personeelswet, het Wetboek van Strafrecht en van Stafvordering, de Comptabiliteitswet, de Wet Rekenkamer, de Wet Rechterlijke Organisatie, de Wet Ministeriele Verantwoordelijkheid, de Wet Staat van Inbeschuldigingstelling Politieke Ambtsdragers, de Wet Money Laundering, Wet Ambtenareninspectie en de Wet Bescherming Anonieme Getuigen en de aanverwante regelingen. Deze wetten worden niet goed nageleefd, gecontroleerd en afgedwongen. Bovendien is geen cultuur van anticorruptie geïntroduceerd in Suriname. Het is van belang om te beseffen dat met de invoering van de anticorruptiewet niet ineens alle corruptie zal verdwijnen in Suriname. Er bestaat geen goed beeld bij de burgerij wat de anticorruptiewet precies kan doen en wat het niet kan doen. Het wijzen naar een anticorrupiewet als een zaligmakende maatregel schept een verkeerd beeld van het anticorruptiebeleid. Het gaat ervan uit dat er nu niks bestaat op dit gebied en dat is pertinent niet waar. Als we kijken naar de bijvoorbeeld de Personeelswet en de Comptabiliteitswet, dan zien we dat de bepalingen die corruptie door ambtenaren moet voorkomen en bestrijden niet goed worden nageleefd. Met de komst van de anticorruptiewetgeving zal de behoefte om deze wetten na te leven niet overbodig worden. De anticorruptiewet zal de naleving van bovengenoemde wetten niet overbodig maken. De anticorruptiewet zal slechts een aspect van het anticorruptiebeleid omvatten. En deze wet zal evenals de andere wetten ook falen als er geen anticorruptiecultuur is, te beginnen bij de president, de vp en de ministers en de dc’s. Het Inter-Amerikaans Verdrag tegen Corruptie dat de Juspol-minister uit het vorige kabinet noopte om de anticorruptiewet voor te stellen (naar aanleiding van het OAS-controlemechanisme genaamd Mesicic), gaat middels ‘modelwetten’ (voorbeeldwetten) uit van een aantal wetten die samen het hele spectrum van de corruptie moeten coveren. Het gaat dan om thema’s als ethische codes voor publieke functionarissen, het monitoren van inkomsten, bezittingen en schulden van publieke functionarissen, comptabiliteit, bescherming van klokkenluiders, mechanismen om corruptie te voorkomen en te bestrijden, ontmoediging van omkoping door het vereisen van inzage in de boeken, aanmoediging van de participatie van de civil society en ngo’s bij aankaarten van corruptie, grensoverschrijdende omkoping en onrechtmatige verrijking. De oorspronkelijke anticorruptiewetgeving behelsde uit de hele reeks van thema’s in hoofdzaak 2 punten: het instellen van een mechanisme om corruptie te voorkomen en te bestrijden en het instellen van een systeem om een aangifteplicht in te stellen voor alle publieke functionarissen inclusief die van de rechterlijke macht en van hoog naar laag. Die aangifteplicht hield in dat de publieke functionarissen, waaronder alle ambtenaren en volksvertegenwoordigers en intieme gezinsleden, elk jaar bij een autoriteit middels een verklaring een opgave doen van hun vermogen en hun schulden. Dit moet jaarlijks gebeuren en de plicht houdt op enige tijd nadat de persoon ophoudt een publieke functionaris te zijn. Concreet zou deze verplichting dus erop neerkomen dat ergens centraal geregistreerd zou staan van de bode van ministeries tot de president van het land en de rechters wat hun bank balance is, hoeveel onroerend goed men bezit inclusief aandelen in bedrijven en hoeveel schulden men heeft. Bij de eerste ronde van de behandeling brak het koude zweet aan bij zowel de coalitie als de oppositie. Er was in dat eerste wetsvoorstel ook een plicht om aangifte te doen voor iedereen die op de hoogte is van corruptie. Tegelijkertijd was er een strafbaarstelling op valse aangiftes. Deze twee zaken begreep men als contradictoir en men misbruikte dit om de wet terug te verwijzen naar Juspol. De tweede versie die terugkwam van Juspol was als het ware onthoofd. Het stuk van de jaarlijkse aangifte middels een verklaring van vermogens, bezittingen en schulden, zoals het door ons getekende Inter-Amerikaans Anticorruptieverdrag vereist, werd compleet geschrapt. Het wetsvoorstel bleef een symbolisch wetgevingsproduct, waarin ook het bestrijdingsaspect helemaal werd weggelaten. Wat in de tweede versie overbleef, was een wet die zou zorgen voor preventie met name via bewustwording en daartoe zou men een instituut (Commissie Preventie van Corruptie) in het leven roepen. Deze commissie was al opgenomen in de eerste versie. De tweede versie verdween zonder dat duidelijk werd waarom het wetsvoorstel moest worden gesaneerd in de ijskast. Hoe de huidige versie luidt, is tot dusver onbekend. In de titel zou wel staan bestrijding en preventie. Een anticorruptiewet heeft in Suriname naast de al bestaande wetgeving pas toegevoegde waarde als het naast de aanpassingen in de strafwetgeving ook bevat een verplichte jaarlijkse aangifteplicht middels een verklaring van het vermogen, de bezittingen en de schulden door alle ambtenaren (hoog naar laag), rechterlijke ambtenaren, dc’s, volksvertegenwoordigers en rvc-leden. Deze plicht moet staan in de wet inclusief maatregelen die kunnen volgen bij het niet kunnen verklaren van een plotselinge piek in het persoonlijk vermogen. Het wordt interessant om straks te ontdekken met hoeveel durf en hoe oprecht deze president c.q. de regering het corruptieprobleem aanpakt. Belangrijk is dat hij deze stap onderneemt in de laatste fase van deze regeerperiode. Er is al veel gebeurd, de staatskas kan al veel zijn benadeeld zonder dat er iets als een onderzoek naar malversaties is aangekondigd. De wet wordt ingediend voor de begrotingsbehandeling. De begrotingsbehandeling zal een tijdje duren. Daarna kan de anticorrptiewet behandeld worden en eventueel zal het een aantal keren op en neer gaan tussen Justitie en Politie en DNA. Als het uiteindelijk wordt aangenomen dan zal het nog moeten worden afgekondigd en dat hoeft niet onmiddellijk te gebeuren.

error: Kopiëren mag niet!