Nu het nieuwe jaar reeds een week oud is , lijkt de normale gang van zaken weer te beginnen. Voor de Chinese bevolkingsgroep is dit echter anders. Voor hun moet het nieuwe jaar nog beginnen. Eind januari, om precies te zijn op 31 januari, begint het Jaar van het Paard. Het Nieuwjaar wordt bepaald aan de hand van de maanstand. De tweede nieuwe maan na de kortste dag van het jaar. Dit valt altijd tussen 21 januari en 20 februari. Van oudsher is China een agrarisch land en omdat het Chinese Nieuwjaar het begin van de lente markeert, wordt er met spanning afgewacht wat de grond in het nieuwe jaar zal opbrengen.
Traditioneel begon men ook met een grondige schoonmaak in het huis en liet men het fris opschilderen. Veel wensspreuken worden uitgehangen, vaak op rood papier. En er wordt natuurlijk vuurwerk afgestoken. Zowel de kleur rood als vuurwerk komen uit dezelfde legende voort. Nian was een mensetend roofdier in het oude China, dat ongemerkt huizen kon binnendringen. Het hele jaar verbleef Nian in de diepe zee en kwam alleen met oud op nieuw aan land. Al snel leerde de Chinezen dat Nian gevoelig was voor hard lawaai en de kleur rood. Door explosies en vuurwerk af te steken en het vele gebruik van de kleur rood in huis werd Nian verdreven.
Elk jaar is ook gekoppeld aan een dier uit de Chinese dierenriem, die als een cyclus om de zoveel tijd terugkomt. 2013 was het Jaar van de Slang. Volgens de Chinezen een jaar van veel onrust en conflicten, maar ook een periode van nieuwe plannen. Vanaf 31 januari 2014 begint het Jaar van het Paard. Chinezen zien hierin een jaar voor doeners in het teken van actie en werk, groei voor de economie en ruimte voor vernieuwing.
