Een verloren jaar voor alle republieken die het Caraibisch gebied vormen. Zo blikt Sir Ronald Sanders terug op 2013. Het was volgens hem voor geen van de 14 staten een succesvol jaar, ook niet voor de 4 exporterende landen waaronder Suriname valt. Sir Ronald Sanders is een wetenschappelijke onderzoeker bij het Institute of Commonwealth Studies op de Universiteit van London. Hij is een internationale consultant en ambassadeur in het Caribisch gebied.
Alle landen werden geteisterd door hoge werkloosheid. Hoge schulden, afname van economische groei, onhandelbare fiscale en handelstekorten zijn de problemen waarmee veel van de landen te kampen hebben. Hoge bankleningen en particuliere uitgaven hebben er toe geleid dat de meeste landen zich moesten terugtrekken toen het op investeren aankwam. Volgens Sanders is dat allemaal het gevolg van een beknopte houding van de regeringen van deze landen, die alleen maar in nationale oplossingen denken die vaak ook geen verbetering teweeg brengen. Deze houding heeft ervoor gezorgd dat er niet succesvol is samengewerkt met andere belangrijke partijen in het regeersysteem. De regering werd te passief. Door heel 2013 hing er een sfeer van niet weten wat te doen.
Het is bijzonder gevaarlijk voor deze 14 landen om te denken dat al hun economische problemen wel goed zullen komen wanneer de crisis in Amerika en Europa terugdraait. Het is wel zo dat het beter gaat in enkele van die landen, maar er wordt extra op uitgaven gelet. Voor het Caribisch gebied gaat dat veelal te merken zijn in de toerismesector, omdat er veel minder toeristen zullen bezoeken. Het is ook veel moeilijker voor investeerders om kapitaal te vinden om te investeren in deze regio. De wereldeconomie heeft degelijk invloed op ons. Kijken we bijvoorbeeld naar China’s economische groei, dan merk je dat het aan het dalen is van 7.8% in 2012 naar 7.6% in 2013. Hun vraag naar grondstoffen vanuit het Caribisch gebied neemt langzamerhand af en de prijs welke zij bereid zijn te betalen, wordt ook minder.
EU-partnerschap
In 2008 zijn de Caricom-landen een volledige economische partnerschap met de EU aangegaan. Sanders zegt dat de Caricom-landen kritisch moeten nagaan of het partnerschap wel de economische ontwikkeling tot stand heeft gebracht waarnaar zij streefden. Dit is volgens hem niet het geval. De lidlanden zouden gezamenlijk opschorting van de voorwaarden van het partnerschap moeten vragen en de tijd moeten nemen om eerst op nationaal en regionaal niveau hun economie aan te pakken en te herstructureren.
Het is dus werkelijk zo dat er nationale oplossingen moeten komen, maar die alleen zullen niet voldoende zijn. In vorige berichten heeft Sanders aangegeven op welke drie gebieden de Caricom-landen samen moeten werken. Die zijn regionale voedselproductie, maritieme transport en energieproductie. Dat zijn zaken die de landen samen moeten aanpakken en moeten vaststellen in nationale plannen. De regeringen hebben dat volgens hem niet ingezien en 2013 werd een verloren jaar. In het nieuwe jaar zal nagegaan moeten worden op welke manier regionale stappen ondernomen kunnen worden om te voorzien in de nationale behoeftes van elk van de landen.