Op 25 november 1975 kregen wij onze onafhankelijkheid. We waren verheugd om de verkregen vrijheid. Er is uitbundig feest gevierd, we hebben elkaar gefeliciteerd met bosi’s, brasa’s en goede wensen. We maakten de beste voornemens en beloofden elkaar innige samenwerking voor de opbouw van ons land. De overgang van rijksdeel naar soevereine staat verliep zonder geweld, zonder bloedvergieten. Iedereen haalde opgelucht adem, vierde feest. Nu zouden wij zelfstandig in volle vrijheid de toekomst van ons land bepalen. En toen de euforie van de uitbundige feestviering eenmaal voorbij was, werd met nieuw elan de ontwikkeling van ons land voortgezet. Wij hebben ons land tot een grotere hoogte gebracht en een hoog ontwikkelingsniveau bereikt. Suriname is nu een democratisch land dat lid is van de Verenigde Naties, van de Caricom en andere internationale organisaties. We leveren in het buitenland zelfs topprestaties.
Maar alle positieve zaken werden helaas overschaduwd door ernstig misbruik van onze vrijheid. Al na vijf jaar werden wij geconfronteerd met een bloedige staatsgreep met in haar verlengde een militaire dictatuur, die een einde maakte aan onze democratische rechtstaat en onze vrijheid. Tienduizenden landgenoten zijn het land uitgevlucht in deze periode. De economie van ons land werd totaal vernietigd, normen en waarden telden niet meer, armoede en verpaupering waren aan de orde van de dag en een complete dehumanisering van de samenleving trad in.
Een nieuw reveil
De zwarte periode van onze Surinaamse geschiedenis behoort nu voorgoed tot het verleden. Wat Suriname nu nodig heeft is een nieuw reveil. Het heeft geen zin te blijven steken in ons slavernij- en koloniaal verleden. Wat wel zin heeft, is de bewustwording van de grote verantwoordelijkheid die de verkregen vrijheid ons oplegt. Vrijheid is een kostbaar goed dat moet worden gekoesterd en nooit mag worden prijsgegeven. Daaraan moeten wij steeds worden herinnerd. Vrijheid zonder verantwoordelijkheid is losbandigheid en brengt geen ontwikkeling, maar leidt tot chaos. We zullen nu goed moeten beseffen dat wij met onze vrijheid verantwoord moeten omgaan bij het bepalen van onze toekomst als persoon en als natie.
Herdenkingsmonument
Nu wij op 1 juli 150 jaar afschaffing slavernij hebben herdacht en wij op 25 november 38 jaar onafhankelijkheid zullen vieren, is nu de tijd gekomen om op een centrale plek in onze hoofdstad een vrijheidsmonument op te richten als huldeblijk aan allen die zich hebben ingezet voor het verkrijgen van onze vrijheid, onafhankelijkheid of democratie, vanaf de marrons voor 1863 tot en met de vrijheidsstrijders van onze tijd. Op die plek zullen alle bevolkingsgroepen zonder onderscheid in ras, geloof of cultuur steeds samen moeten komen om hulde te brengen aan onze vrijheidsstrijders. Het monument zal ons in het bijzonder moeten herinneren aan onze plicht te waken voor behoud van vrijheid, democratie en de rechtstaat.
Partijraad Progressieve Surinaamse Volkspartij (PSV)