Tijdens de algemene politieke beschouwingen (apb) is opvallend geweest dat vooral vanuit de coalitie maar ook vanuit de oppositie, na 3 jaar regeren, niet de moeite is genomen om fundamenteel de basis van het nationaal en internationaal beleid van de Surinaamse regering aan een beschouwing te onderwerpen. Wij zijn de mening toegedaan dat een fundamentele kijk op de Staat en de Natie minimaal 1 keer in een regeerperiode in het parlement meer dan noodzakelijk is. Vooral toen wij de interventie van een coalitiepartner nakeken, viel onze mond open van verbazing, maar de schuld daarvan nemen wij op onszelf. Zonder dat de DNA-voorzitter er een punt van orde maakte, was deze politicus bezig om bepaalde (opvallende) delen van sommige ministeriele begrotingen in details te bespreken en ministers al vragen te stellen. Wij gaan ervan uit dat de algemene politieke beschouwingen zeker op een bepaald moment uitsluitend te maken heeft met de grondwet. De voorzitter van de DNA heeft in elk geval nagelaten om aan te geven wat de apb inhouden. Enige keren zou ze wel opgemerkt hebben wat niet verwacht moet worden van de apb. Het is opgevallen dat geen enkele fractie en noch de coalitie of oppositie als geheel het gepoogd heeft om structureel te kijken naar de totale samenleving en de staat waarin de Surinaamse Staat zich nu bevindt. De structuur van de interventies van de fracties is te zien in onze grondwet. Uit de besprekingen blijkt onder meer niet dat Suriname onderdeel is van de internationale gemeenschap. Uit de besprekingen valt ook niet te halen dat de Surinaamse politiek zich in enige mate betrokken voelt als exponent of vertegenwoordiger van de Surinaamse natie bij de hedendaagse problematiek in de wereld, dus ongeacht of we daarmee beïnvloed worden en ongeacht of wij ons daarin herkennen. Onze politici kijken niet breed en isoleren de Surinaamse politiek van de wereldpolitiek in het forum van het parlement. Desondanks participeren wij in de VN (wij gaan elk jaar de algemene vergadering wel toespreken), in regionale samenwerkingsverbanden en in internationale economische overeenkomsten tussen landen en blokken. In de grondwet staat dat de Surinaamse natie vastbesloten is met elkaar en met alle volkeren in de wereld samen te werken, op grondslag van vrijheid, gelijkheid, vreedzame co-existentie en internationale solidariteit. De vraag rijst bijvoorbeeld hoe het hiermee staat en wat de houding van de Surinaamse regering in het afgelopen jaar of de afgelopen drie jaren is geweest wat dit betreft. Zo bepaalt de grondwet gebiedend dat de Republiek Suriname de solidariteit en samenwerking met andere volkeren bevordert in de strijd tegen kolonialisme, neokolonialisme, racisme, genocide en in de strijd voor nationale bevrijding, vrede en sociale vooruitgang. Wat valt er wat dit betreft te zeggen over de focus van de huidige regering wanneer wij bijvoorbeeld in ogenschouw nemen het feit dat door kredietwaardige instituten geconstateerd wordt dat er ‘enslaved (persons)’ oftewel tot slaaf gemaakten in Suriname voorkomen. De Republiek Suriname bevordert de participatie in internationale organisaties met het doel vreedzame co-existentie, vrede en vooruitgang voor de mensheid te verwezenlijken, bepaalt de grondwet.
Wat cruciaal is bij de abp is de beleving van de grondrechten. Hoe staat het met de beleving van de persoonlijke rechten en vrijheden. Zo is bepaald dat allen op het grondgebied van Suriname gelijke aanspraak hebben op bescherming van personen en goederen. Niemand mag op grond van zijn geboorte, geslacht, ras, taal, godsdienst, afkomst, educatie, politieke overtuiging, economische positie of sociale omstandigheden of enige andere status gediscrimineerd worden.
Relevant in het kader van het functioneren van instituten met een geweldsmonopolie is de bepaling dat niemand mag worden onderworpen aan folteringen, vernederende of onmenselijke behandeling of straf. In dit kader is ook van belang de grondwettelijke bepaling dat een ieder die van zijn vrijheid is beroofd recht heeft op een behandeling overeenkomstig de menselijke waardigheid. Welke vorderingen zijn geboekt en wat is de stand van zaken wat betreft de aanspraak op een eerlijke en openbare behandeling van klachten binnen redelijke termijn door een onafhankelijke en onpartijdige rechter? Hoe staat het met het verlenen van rechtsbijstand aan minder draagkrachtigen? Niemand kan worden gedwongen dwangarbeid of verplichte arbeid te verrichten, bepaalt de grondwet. Hoe vallen de internationale constateringen te rijmen met deze bepalingen? Onder deze periode is veel te doen geweest rondom de verantwoordelijkheid, die er volgens de wet zou zijn voor een ieder die het recht heeft om door de drukpers of andere communicatiemiddelen zijn gedachten of gevoelens te openbaren en zijn mening te uiten. De regering moet zich hierover uitlaten, met name wat betreft de in de wet verankerde verantwoordelijkheid van personen. Opmerkelijk is ook dat in het afgelopen jaar de regering in conflict is geweest met delen van de vakbeweging die bezig waren met de behartiging van hun legitieme belangen, met name op Justitie en Politie. Hoe verhoudt dat zich met de grondwettelijke bepalingen over de vrijheid van vreedzame vereniging en vergadering. Een ieder heeft het recht om verzoeken schriftelijk bij het bevoegde gezag in te dienen. De wet moet de procedure voor de behandeling daarvan regelen, stelt de grondwet. Wat heeft de politiek gedaan met de vele petities die door de burgerij zijn ingediend? Gestructureerd moet de politiek ook de economische, sociale en culturele grondwettelijke rechten en vrijheden toetsen aan de verrichtingen van deze regering. Uiteraard moet ook (de evolutie van ) onze staat bij tijd en wijle onder het vergrootglas worden gehouden. Helaas merken wij dat het tot nu toe een zeer chaotisch en ongestructureerd optreden is geweest. Kennelijk een verklaring waarom de president ziek is geworden.