“President Bouterse plaatst met zijn gedrag rond het ontslag van minister Adelien Wijnerman van Financiën Suriname feitelijk in een financiële shutdown-situatie.” Ivan Fernald van de adviesraad van de NPS en coördinator van het Japin heeft geen goed woord over voor de manier waarop de president in deze kwestie omgaat met de persoon Adelien Wijnerman en in het bijzonder met de belangen van de natie. Fernald vindt het voor de gewezen minister van Financiën een persoonlijk drama, omdat hij toch wel het gevoel heeft dat zij ondanks de entourage waarin zij heeft moeten functioneren, zich naar vermogen voor land en volk heeft ingezet. “Zij heeft het daarom niet verdiend om op deze wijze te worden afgedankt en door Bouterse zelfs publiekelijk te worden vernederd.”
Met zijn verwijzing naar een financiële shutdown trekt Fernald duidelijk een parallel met de financiële wurggreep, waarin de Amerikaanse overheid onlangs wekenlang gevangen heeft gezeten. Dit had tot gevolg dat bepaalde essentiële overheidsdiensten niet meer konden worden verleend. Datzelfde schijnt zich volgens hem nu min of meer ook in Suriname voor te doen. “Want terwijl de president zijn minister van Financiën met een ferme trap na de laan heeft uitgestuurd, zit de hele gemeenschap nu al bijna 2 weken te wachten op een behoorlijke verklaring over het ontslag. Bovendien is het nog steeds gissen over wie en wat er nu komen gaat. Duidelijk is echter wel dat de hele financiële huishouding van de Staat tot stilstand schijnt te zijn gekomen. Nu niet als het gevolg van een controverse tussen regering en oppositie, zoals dat in Amerika het geval was, maar gewoon omdat de president ons doodleuk in het ongewisse laat en naar het binnenland vertrekt voor persoonlijk vertier. ” Het resultaat is volgens Fernald ook duidelijk merkbaar. “De naschoolse opvang kan niet beginnen, we moeten nog steeds wachten op de opening van een school en het internaat op Atjoni, lesmateriaal voor het imeao kan niet worden ingeklaard, allerlei mensen die van de overheid geld moeten ontvangen, moeten nu nog langer op hun geld wachten.”
“Minister Relyveld is weliswaar als ad interim aangewezen, maar gegeven de huidige omstandigheden hoef je van hem niet veel te verwachten. Hooguit zal hij hier en daar een dringende lopende autorisatie tekenen. Maar inhoudelijk zal hij zijn vingers liever niet aan Financiën willen branden, nu zelfs Bouterse himself ons wil laten geloven dat het op dit ministerie een ware puinhoop is.”
Het is voor Fernald overigens een volledig raadsel waarom de president nu, aan de vooravond van een begrotingsbehandeling, juist de minister ontslaat die de begroting heeft voorbereid. En dat zonder dat er direct voor een adequate vervanging is gezorgd. “In een tijd waarin de overheidsuitgaven de pan uit rijzen en het juist geboden is dat er begrotingsdiscipline in acht wordt genomen, is het onaanvaardbaar om nog maar èèn dag langer te wachten met de invulling van het ambt van minister van Financiën. De minister van Financiën is niet alleen de penningmeester van de Staat, maar als monetaire autoriteit ook het financieel-economisch uithangbord van de natie.”
Fernald is daarom van mening dat de president moet inzien dat door het uitblijven van een adequate invulling van dit ambt, hij het land beslist geen goede dienst bewijst. “Dit is niet bevorderlijk voor de economische stabiliteit en rust op het prijzenfront en pleegt een verdere aanslag op het afbrokkelend financieel- economisch vertrouwen dat nodig is om Suriname naar grotere hoogten te brengen.”