De verdachte Harold Monkou kreeg gisteren minder straf opgelegd voor het willen uitvoeren van cocaïne dan door de officier van justitie gevorderd. Deze eiste een straf op van 1 jaar met aftrek en een boete van SRD 2.000 of 2 maanden gevangenisstraf. Op zaterdag 14 september 2013 kreeg de politie een tip dat Monkou cocaïne zou vervoeren naar Nederland. De verdachte bevond zich al in de vertrekhal toen hij werd opgeroepen. Ook zijn bagage werd terug gehaald voor onderzoek. Er werden verdachte kakastong en white rabbit-snoepjes ontdekt in zijn koffers. Na onderzoek bleek er cocaïne verborgen te zitten in de kakastong en snoep met een totaal gewicht van 10.320 gram. De verdachte verklaarde tijdens de rechtszitting dat de cocaïne iemand anders toebehoorde. Hij nam ‘alleen’ een kans om het te vervoeren. De drijfveer was het geldsbedrag groot € 5.000 dat hij zou ontvangen en aan de zorg van zijn vijf kinderen zou besteden.
Advocaat Truideman, die de verdachte juridisch bijstond, vroeg aan de rechter om meer aandacht te besteden aan de persoon zelf en om een mildere straf dan geëist. Ook vroeg hij om de boete-eis te negeren. De verdachte is ambtenaar en heeft 25 dienstjaren opzitten. Tijdens zijn aanhouding ontving zijn cliënt de helft van zijn salaris. Bij een veroordeling zou dat ook kunnen stoppen.
Rechter Marie Mettendaf vond de feiten wettig en overtuigend bewezen. De rechter wees de verdachte op de verkeerde afweging die hij maakte, waarbij hij voorbij zou zijn gegaan aan de belangen van kinderen van cocaïnegebruikers. De rechter veroordeelde de verdachte tot een straf van 1 jaar, waarvan 4 maanden voorwaardelijk met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht. Ook legde zij een boete op van SRD 1.000 of 1 maand hechtenis.