Met een begroting van ruim SRD 987 miljoen is het budget van het ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling (Minov) de tweede grootste voor 2014. In 2013 was het budget van Minov het grootste en maakte het 15.6% uit van het totaal. Het budget groeide met 8.6% ten opzichte van 2013 en maakte het nu 14.1 % uit van de totale begroting. Het leeuwendeel van het Minov-budget (98%) is bestemd voor het directoraat Onderwijs en de rest voor Cultuur. De personeelskosten bij het directoraat Onderwijs (SRD 429 miljoen) maakt 43 % uit van de totale Minov-begroting. De totale apparaatskosten (personeelskosten, materiële kosten en aanschaffingen) van Onderwijs zijn groter dan de beleidsprogramma’s. De apparaatskosten zijn 52% van het budget van Onderwijs, de beleidsprogramma’s 48%.
BLO en vernieuwingen
De grootste uitgavenpost van Onderwijs is het Bijzonder Lager Onderwijs groot 32% (SRD 147 miljoen) van het totaal aan beleidsmaatregelen. De uitgaven bij dit onderdeel hebben betrekking op voor het overgrote deel personeelskosten (95%) en ook aanschaffingen, materiële kosten en ouderbijdrage. Als tweede geldt de vernieuwing van het onderwijsstelsel en verbetering van de kwaliteit van het onderwijs, die 23% uitmaakt van de Onderwijs-beleidsprogramma’s. Het gaat concreet om voorzien van de voj- en vos-scholen van nieuwe bij de tijd aangepaste boeken/leermiddelen. Het gaat niet om alle vakken nog. Na de Naschoolse Opvang volgt de Anton de Kom Universiteit van Suriname (Adek) met ruim SRD 60 miljoen. Ook hier gaat het voornamelijk om personeels- en exploitatiekosten.
Naschoolse opvang en schoolvoeding
Voor de naschoolse opvang is iets minder dan SRD 91 miljoen begroot voor 2014. De bedoeling is om in 2014 75% van het scholenbestand te bestrijken. Naast de naschoolse opvang is ook begroot ‘schoolvoeding’ voor SRD 10 miljoen. Dit terwijl in het project Naschoolse Opvang waaraan ongeveer 200 scholen zullen deelnemen, inbegrepen is ‘een warme maaltijd’, naast recreatie, huiswerkbegeleiding en extra begeleiding van kinderen van onder andere zwakke leerlingen. In 2008 werd een aanvang gemaakt met het pilotproject ‘Schoolvoeding’, waarbij behoeftige kinderen op scholen in Paramaribo, Commewijne, Para en Nickerie van voeding worden voorzien. In 2011 kreeg het project een landelijk karakter in alle districten. Het zou gaan om 28.110 kinderen. Er lijkt een overlapping te zijn tussen deze twee projecten.
Studielening, bijdrage huishoudens en ouderparticipatie
Op de begroting van Onderwijs is ook opgebracht studielening voor hoger onderwijs (universiteit, IOL) voor ruim SRD 10 miljoen, even groot als in 2013. Een student kan kiezen voor een basispakket van SRD 150 en aanvullend een bedrag van SRD 350. De studielening wordt met 4% rente per jaar afgelost. De aflossingsduur is 2½ maal de studieduur. Opmerkelijk is ook de uitgavenpost ‘b bijdrage aan huishoudens’ groot SRD 2.7 miljoen, evenveel als in 2013. Hier betreft het beursgelden voor studie in Suriname en kosten voor verstrekte beurzen voor studie in het buitenland. Door Minov is het bedragje van SRD 300.000, even veel als begroot in 2013, opgebracht voor het project ‘Ouderparticipatie’. Het beloop zal in 2013 niet verder reiken dan de helft van het bedrag, hetgeen betekent dat er niet veel activiteit op dit stuk is geweest.