Tigri Barba, een opluchting of een vloek?

Ik heb op school geleerd dat de politie mijn beste kameraad is. Deze filosofie huldig ik nog steeds. Als burgers in problemen zitten, gaan zij naar de politie om hulp te zoeken. Alle goede dingen die bij de politie gebeuren, moeten wij met ons allen ondersteunen. Ik volg het programma: “Skowtu kis mi” regelmatig op de televisie. Ik ben bijzonder blij dat de politie overal zichtbaar is. De burgers moeten zich overal veilig voelen in dit land. De burgers hebben in het verleden hun huizen niet van dievenijzer voorzien. De laatste 30 jaar is Suriname een zeer onveilig land geworden. Ik heb mijn huis pas in 1993 van dievenijzer voorzien, want ik wilde eerder niet in een “ijzeren kooi” wonen. Elke burger, in Paramaribo en de randdistricten, woont tegenwoordig in een ijzeren kooi. Men moet ons ook geen andere verhalen komen vertellen. De voorzitter van de NDP (nu mijn president) had tijdens de verkiezingscampagne van 2005 en vooral in 2010 het Surinaamse electoraat plechtig beloofd dat als hij de regeermacht zou overnemen, alle dievenijzers zouden verdwijnen. Ik kan met de brede kant van mijn mond zeggen dat de meeste huizen in Paramaribo en in Wanica, vooral na 2010, extra beveiligd zijn met dievenijzer en alarmsystemen. Deze belofte heeft mijn president niet kunnen inlossen. Mijn president praat niet meer over het weghalen van het dievenijzer.
Verkeerscontrole
De verkeerscontrole is een goede zaak. Er vallen dagelijks slachtoffers, ondanks vele controles in het verkeer. Onschuldigen worden door enkele roekeloze bestuurders (verkeersduivels) in grote problemen gebracht. De landelijke controle bij de politie is niet in alle districten zichtbaar. Ik heb de afgelopen weken, maanden niet gelezen wat de verkeersboete in Marowijne, Commewijne, Saramacca, Wanica, Coronie en Brokopondo opgebracht heeft, terwijl de GPK van Nickerie vol trots (wekelijks) op de beeldbuis verschijnt en uitlegt hoeveel verkeersboete in Nickerie geïnd is. Hij geeft een hele exposé op de televisie. Het zou goed zijn dat deze politiebaas van Nickerie na zijn pensionering (over enkele dagen bereikt hij de pensioengerechtigde leeftijd) naar Marowijne of Brokopondo gestuurd wordt om orde op zaken te stellen. Op de weg Paranam-Brokopondo en Meerzorg-Albina hebben wij een heleboel verkeersduivels. Een goede baas moet overal kunnen werken. Zijn de Nickerianen niet vatbaar voor goede voorlichting? Aan mijn Nickeriaanse vrienden wil ik beleefd verzoeken om heel voorzichtig te rijden. Ga niet nodeloos een boete betalen aan ‘Tigri Barba’. Elke gulden heeft u met zweet verdiend. Onlangs keek ik naar de televisie en een auto bestuurder reed met een snelheid van 51 of 52 km per uur, terwijl de wet een snelheid voorschrijft van 50 km per uur. Deze persoon werd beboet. Volgens de wet is de persoon in overtreding (geen commentaar, geen discussie zou men zeggen). Moet zo iemand wel beboet worden? Dit noemt men in het Nederlands ‘haarkloven’ (nietige verschillen opsporen). Ik wil niet verder op deze materie ingaan, omdat het erop gaat lijken dat ik de overtreders in bescherming wil nemen. Dat gevoel moet niet ontstaan, omdat ik nooit aan haarkloverij heb gedaan in mijn ambtelijke loopbaan als onderwijzer, leraar of als districtscommissaris.
Vakantiegangers, wees opgelet
De afgelopen maanden heb ik veel vakantiegangers ontmoet die in Nickerie beboet zijn. Zij hebben de maximumsnelheid eventjes overschreden en zijn ook beboet geworden. Ik ontmoette onlangs een docent van IMEO-Geyersvlijt, de heer S. Deze economiedocent is een Nickeriaan van 55 jaar en is geboren op Longmay. Drie à vier maanden terug ging hij met zijn vrouw naar zijn familie in Nickerie. Over de hele weg heeft de docent heel rustig gereden. Vanaf de Henarbrug nam zijn vrouw het stuur over. Bij de eerst bocht werd zij geflitst en zij werd ook beboet (hier was er ook sprake van haarkloverij). Deze dame had nauwelijks de maximumsnelheid overschreden. De trip naar Nickerie veranderde in een mineurstemming, omdat zij nauwelijks de maximumsnelheid had overschreden. Die docent ontmoette ik op de Kwattamarkt en hij zei letterlij tegen mij: “Ik wil de burgers vragen om zo min mogelijk naar Nickerie te gaan. De Tigri Barba is bij elke bocht op de loer; op Paradise, Longmay, Karang Ajar. Wij worden als dieven geloerd en men heeft een ‘case’ om jou op de bon te plaatsen. Als je toch naar het westen gaat, moet je tenminste vijf uur aftrekken (voor de zekerheid) voor deze trip om niet door Tigri Barba gesnapt te worden bij de bocht of achter een struikgewas.
Wanneer komt de volgende persconferentie
Wanneer komt de volgende persconferentie van de GPK van Nickerie op de televisie? Ik ben benieuwd hoeveel geld (boete) de operatie Tigri Barba weer zal opbrengen. Als burgers van dit land moeten wij ons aan de verkeersregels houden. Ik wil wel gecontroleerd worden door elke opsporingsambtenaar, maar ik wil als een fatsoenlijke burger deze controle ondergaan en wil niet geloerd worden door agenten die zich bij een bocht of achter een struikgewas schuil houden. Wij moeten ons wel aan de regels van het verkeer houden; de politie moet overal zichtbaar zijn om ons een gevoel van zekerheid te geven, maar Tigri Barba van Nickerie moet nalaten om aan haarkloverij te doen.
Tenslotte het volgende uit de historie
Terwijl ik dit artikel schrijf, schiet mij iets te binnen welke ik jaren terug als geschiedenisdocent op de muloschool moest behandelen. Ik wil U als lezer ook dit meegeven en dan mag u uw conclusie zelf trekken. Gouverneur Johan van Scharphuizen (1689-1696) meende het heel goed met het Surinaamse onderwijs. Deze gouverneur vond het dan noodzakelijk een commissie van toezicht, een zogenaamd “Conventius” in te stellen, bestaande uit predikanten en ouderlingen van de Nederlandse Hervormde en de Franse Kerk. Dit Conventius heeft merkwaardig werk verricht, zo liet het in 1713 (tijdens gouverneur Johan de Goyer (1710-1715)) een “dansmeester” uit Holland komen “ten ynde de jonge jeugt in manierlijkheid te excerceren” (bron: de ontwikkeling van de Surinaamse geschiedenis, W. van Dijk en C.F.G.Getrouw bladzijde blz.67/68). De verkeersboete moet een opvoedend karakter hebben, en geen vloek worden.
Hardeo Ramadhin

error: Kopiëren mag niet!