De minister van Justitie en Politie heeft eindelijk onderkend dat er een issue bestaat met betrekking tot het gedrag oftewel de klantvriendelijkheid van de ‘politie is mijn beste kameraad’. Deze minister heeft niet veel keus om de bevindingen van het unieke internationale IDB-rapport over sec het Caribisch gebied te ondergraven, omdat hij er met de neus bovenop stond. Hij was er lijfelijk bij op Trinidad toen het historisch rapport over percepties over 7 regionale landen waaronder Suriname werd gelanceerd. Een van de uitkomsten is dat de Surinaamse politie van alle landen als het meest onvriendelijk door de nationale burgerij wordt ervaren. Na de erkenning volgen de stappen om de Surinaamse politie aan te pakken. We hebben over het politieoptreden al eerder gesproken. Het uniform van de Surinaamse politie is al lang geleden verwisseld, maar het korps zit nog in een overgangsfase. Die overgangsfase wordt slepend, omdat de Surinaamse burger radicaal is veranderd in zijn handel en wandel. Men is niet doodsbang meer voor de politie of militairen. Er waren generaties die in huis plat gingen liggen als ze een militaire wagen voorbij zagen rijden. Met de massamedia ziet de nieuwe generatie meer dan de voorgaande generaties. De Surinaamse politie werd vroeger gekenmerkt door het opleggen van hun macht. Men duldde geen tegenspraak, zelfs niet dat je de mannen in de ogen aankeek. Dat was provocerend. Er was ook een andere attitude tegen rechten van verdachten en tegenover martelingen en verhoortechnieken. Suriname is een land met een relatief middelmatige standaard van beleving van mensenrechten. De issue van de rechten wordt steeds benadrukt in de op rechten gebaseerde samenleving. Vandaar dat de politie het nu moeilijker heeft. De politie moet kunnen tegen provoceren, tegen uitdagen en uitlokken, tegen een middelvinger. De politie moet thans weten hoe om te gaan tegenover een vijandige menigte. Er zijn overal in de wereld protesten gaande tegen regeringen die traag zijn en problemen laten voortsudderen. Er is een ‘occupy’ golf in landen.
Het probleem met de Surinaamse politie is dat wat de politie moet zijn volgens internationale standaarden een grote gap vertoont met de sociale cultuur van bijna alle politieagenten. Met andere woorden, het niveau dat verwacht wordt van politieagenten verdraagt zich niet met de cultuur van zijn milieu waaronder vrienden en familie. Daarom kan het zijn dat politieopleidingen werken aan de persoonlijkheidsvorming van rekruten, maar er zijn teveel negatieve krachten die een tegenovergestelde werking hebben. In de normale milieus heeft de notie van rechten van anderen, slagen en verbaal geweld incasseren, zich inhouden, opofferen en beroepstrots niet wijdverbreid ingang gevonden. Dat was bijvoorbeeld duidelijk te merken toen een beleidsadviseur van Juspol tijdens het gevecht in DNA in 2007 kenbaar maakte dat incasseren er niet bij hoorde, je terugtrekken evenmin. Een slag moet met 10 slagen terug worden benantwoord. Dat is inderdaad de doorsnee cultuur. En onder deze omstandigheden is het een immense bijna niet uit te voeren taak, om deugdelijke politiemannen te rekruteren. Politiemannen in Suriname zitten niet lekker in hun vel. Ze voelen zich heel vaak geïntimideerd door burgers, die soms beter opgeleid kunnen zijn en handiger met zinnen en woordkeuze. De algemene beheersing van de Nederlandse taal door de politieagent, die meestal mulo zonder vooruitzichten op voortgezet onderwijs als basis heeft, is over het algemeen slecht. Men praat bijvoorbeeld zonder personen aan te spreken en meestal op gebiedende toon. Het slechte taalgebruik laat ruimte open voor discussies waarin er vaak een patstelling ontstaat tussen de burger en de politie, soms dreigt de burger de overhand te krijgen. En dat kan de politie niet hebben. Dan wordt men grof. Er worden veel jongemannen gerekruteerd die een straatleven leiden en veel tijd op straat doorbrengen. Dat kan soms een pro zijn, maar de straatmentaliteit moet een politie in elk geval niet hebben. Politieagenten zijn voorts nooit fout. In verkeerssituaties kan men je op een zebrapad omverrijden en jouw toch de schuld toeschreeuwen omdat je in je cell sprak. Wat de laatste tijd ook opvalt, is dat politieagenten demonstratief met hun wapens in pick-ups rondrijden zoals gangs dat doen. Dit doet denken aan Haïti of aan landen uit Sub-saharaans Afrika waar krijgsheren in pick-ups hun territorium bewaken en terroriseren. Men laat zich hangend over een pick-up bak met automatische geweren in de aanslag fotograferen.
Het punt dat wij willen maken, is dat het lijkt alsof er teveel kwajongens in de politie zijn beland. De minister heeft het gedragsprobleem van de Surinaamse politieagenten erkend, maar hoe gaat hij dit oplossen? Wij denken dat er in het curriculum aandacht moet worden besteed aan de cultuur waaruit de jongeren voortkomen. In de persoonlijkheidsvorming moet er een tweerichtingsverkeer zijn waarin gesproken wordt over de cultuur waaruit de jongeren voortkomen. Gepolst moet worden hoe de jonge rekruten denken over bepaalde gedragingen zoals bijvoorbeeld het hangen op straat met vrienden en vrouwen zaken toeschreeuwen. Of het bezoeken van de discotheek en alcoholgebruik en tatoeages en piercings. Er moet interactief gewerkt worden aan de persoonlijkheidsvorming van agenten wil men komen tot niet-blaffende politieagenten. Het gedragsprobleem van de politie is een cultureel probleem.