Het is al genoeg. De woorden van president Desi Bouterse dat de prijzen van eerste levensbehoeften omlaag gaan ten spijt. De prijzen in de winkel beginnen de pan uit te rijzen. Niet lang na deze uitspraak werd cement 30% duurder. De oppositie heeft nu een brief geschreven waarin zij aan de president vraagt om te komen uitleggen wat het beleid is, gericht op de bestrijding van door de evaluatie en andere maatregelen gecreëerde prijsstijgingen.
De oppositie constateert in de brief dat de president zijn belofte om maximaal een jaarlijkse inflatie van  2,5% te beperken die hij in het Ontwikkelingsplan neerpende niet heeft waargemaakt. Verder werd de president er steeds op gewezen dat het volk het zeer moeilijk heeft met de verhoogde prijzen en gebukt gaat onder de verhoogde kosten van levensonderhoud. De president heeft dit zelf ook toegegeven schrijven de oppositieleden.
‘De minister van Handel en Industrie heeft onlangs opgemerkt dat hij wacht op de president voor instructies met betrekking tot deze verlagingen van de prijzen van goederen in de winkels’, staat er verder.
Bouterse moet niet alleen het beleid aangeven, maar er wordt aan het eind aan hem gevraagd om de government take te overwegen. Verder wil men ook weten wat er gedaan zal worden om prijzen van goederen die niet tot eerste levensbehoeften worden gerekend, te beheersen. Ook wordt gevraagd wat de president zal doen met de verhoogde cementprijzen.
Aan het eind van de brief worden er vier vragen aan de president gesteld. Die vragen zijn echter opmerkelijk gesteld. Normaliter staat dat er gevraagd wordt om tekst en uitleg te geven. In dit geval echter beginnen de vragen steeds met “Kan de…â€. Het lijkt erop alsof de oppositie twijfelt aan de capaciteit van de president. Maar het is ook een politieke boobytrap. Indien de president om wat voor reden geen antwoord geeft op deze vragen dan is het compleet. “De president kan nietâ€, zal zeker gezegd worden.
