De economie van Suriname is ziek en functioneert niet. Een substantieel deel van de beroepsbevolking zit in het ambtenarenapparaat te billen poetsen. Als gevolg daarvan is er sprake van crowding out van het aanbod van de werkzoekenden. De patronagepolitiek is 60 jaar geleden begonnen met het instituut van werkverschaffing. Als gevolg daarvan is het ambtenarenapparaat stelselmatig uitgebreid.
Het ambtenarenapparaat slokt een groot deel van de begroting op. De overheid is een parasitair instituut geworden, het produceert niet datgene waar de maatschappij behoefte aan heeft. De armoede in de samenleving neemt toe, en daarmee neemt ook de etnische polarisatie toe. Suriname zit op een vulkaan. Alleen kundig sociaal economisch beleid kan de lont uit het kruitvat halen.
In een derdewereldland is de hoofdtaak van de overheid het leiding geven aan de economische ontwikkeling. Dat wil zeggen leidinggeven aan de opbouw van de samenleving. Zulks vereist een leidende rol van de overheid met betrekking tot de sociaaleconomische inrichting van de maatschappij.
Echter als het tot stand brengen van sociaal economische ontwikkeling zo makkelijk was dan zouden er nu geen arme landen meer zijn. Uit de praktijk van sociaal economische ontwikkeling blijkt dat deugdelijk leiderschap met kennis van sociaaleconomische ontwikkeling en gewapend met kennis en kunde van planning organisatie en management, essentieel is voor het slagen in het opbouwen van de natiestaat.
Het falen van Suriname
Suriname heeft sinds de onafhankelijkheid gefaald om sociaaleconomische prestaties te leveren. Alle belangrijke issues zoals de economische opbouw en de status van de betwiste gebieden zijn blijven liggen omdat de presidenten, met uitzondering van Ram Shankar, in de huidige regering structuur niet beschikten over de capaciteiten om de problemen op te lossen ondanks het feit dat ze beschikten over 100% van de uitvoeringsmacht. Het heeft te maken met een tekort aan voornamelijk intellectuele capaciteiten, en aan kennis voor het tot stand brengen van sociaaleconomische ontwikkeling, en aan manageriele capaciteiten.
Het regeersysteem betreft een executief presidentieel systeem zonder checks and balances, terwijl het ontbreken van een zuivere parlementaire democratie maakte dat alles van de regeringen mislukte.
De president miste mandaat omdat hij of zij niet rechtstreeks werd gekozen terwijl het ontbreken van de noodzakelijke checks and balances maakte dat de president de zwakste schakel was en is in het regeersysteem. Kiesstelsel, parlementair systeem, en regeersysteem vormen een drie-eenheid welke logisch op elkaar moeten aansluiten, en dat is nu niet het geval.
Uitvoering van het basisinkomen
Een universeel basisinkomen (UBI) of gegarandeerd inkomen op een niveau dat voldoende is om in de basisbehoeften te voorzien (op de officiële armoedegrens of hoger) is betaalbaar.
Er worden geen bezuinigingen op vitale publieke programma’s zoals gezondheidszorg, onderwijs, rechtsbijstand en dergelijke nagestreefd. Het doel is ook om de veerkracht van de levering van gezondheidszorg en de toegang tot onderwijs te verbeteren, terwijl universele inkomenszekerheid tegen lagere publieke kosten wordt gewaarborgd.
Dit alles overziend is het zo goed als onmogelijk, net als alle belangrijke zaken, dat deze uitgevoerd kunnen worden onder leiding van een kabinet van de oude politiek. Derhalve zal uitvoering van een basisinkomen slechts kunnen geschieden onder de leiding van een technocratenkabinet met dien verstande dat een apart zelfstandig instituut de gehele planning en uitvoering op zich zal moeten nemen.
Richard B Kalloe