Kantonrechter Lydia Ravenberg heeft vandaag, donderdag 5 december, een gevangenisstraf van 30 jaar opgelegd aan Adjaikoemar G. die ervan verdacht werd zijn 17-jarige dochter op 3 mei 2023 levend te hebben verbrand in zijn woning.
In haar overwegingen stelde de rechter dat zij voorbij gaat aan de verweren gevoerd door advocaat Chandra Algoe die Adjaikoemar rechtsbijstand verleende. Algoe had aangevoerd dat de verdachte geen moord of doodslag ten laste moest worden gelegd, maar brandstichting de dood ten gevolge hebbende. Deze laatste bepaling is een speciale regeling in het wetboek en moet voorrang genieten boven de algemene regel van moord of doodslag.
De Kantonrechter stelde dat Adjaikoemar brand als middel voor moord heeft gebruikt. Het bewijs voor moord putte zij uit de verklaringen van de verdachte zelf, het feit dat er bloedsporen aan de slipper van de verdachte zijn aangetroffen en dat uit DNA onderzoek blijkt dat dit afkomstig is van het slachtoffer.
Ook de camerabeelden waaruit de rookontwikkeling blijkt, terwijl Adjaikoemar achteruit wegreed, werd als bewijs gebruikt. Eveneens de verklaringen van de getuigen aan wie Adjaikoemar had verklaard dat zijn dochter hem schande geeft en dat hij haar zal doden. Hij kocht gramoxone zodat zij dat kon drinken, maar zijn dochter weigerde dat in te nemen. Ook bracht hij het slachtoffer naar de Wijdenboschbrug om er vanaf te springen. Ook dit weigerde het meisje.
De houding waarin het verkoolde lichaam was gevonden en waaruit de hoofdbrandmeester concludeerde dat het slachtoffer op dat moment weerloos was en zich niet in veiligheid kon brengen. Uit het rapport van de patholoog blijkt dat het slachtoffer door verstikking om het leven is gekomen. Hieruit concludeerde de Kantonrechter dat het slachtoffer bewusteloos was ten tijde van de brand. Dit wordt ook bevestigd door het obductie rapport waaruit blijkt, dat het slachtoffer een bloeding aan de rechter wangspier had en het feit dat niemand het slachtoffer heeft horen gillen.
De rechter achtte het onwaarschijnlijk dat Adjaikoemar de rookontwikkeling uit zijn woning niet heeft gezien. Ook het feit dat hij die dag gasoline had gekocht was een belangrijk bewijsmiddel.
De rechter noemde deze daad bruut en gaf aan dat op volstrekt zinloze wijze een 17-jarige het leven is ontnomen. Dit heeft een schok teweeg gebracht in de samenleving dat een vader zoiets heeft gedaan. De rechter achtte een langdurige straf hierbij passend. Hierbij is rekening gehouden met het feit dat Adjaikoemar eerder ook voor poging tot doodslag is veroordeeld, maar niets daaruit heeft geleerd.
Van Adjaikoemar is ook een psychiatrisch rapport uitgebracht en de psychiater heeft hem volledig toerekeningsvatbaar geacht. De rechter zag dan ook geen reden om af te wijken van het strafvoorstel van het Openbaar Ministerie en legde een straf op van 30 jaar onvoorwaardelijk onder aftrek van de tijd doorgebracht in voorarrest.