Antoon Karg, advocaat, deelt zijn visie op het voorstel van president Santokhi om elke burger USD 750 aan te bieden uit olie royalty’s. Karg erkent dat participatie van het Surinaams volk in de opbrengst van natuurlijke hulpbronnen, zoals de president stelt, in de Grondwet is verankerd.
Echter, hij benadrukt dat andere urgente kwesties zoals het schuldplafond en het begrotingstekort prioriteit zouden moeten hebben.
Karg suggereert dat een beschermingsmechanisme voor Staatsolie en de Staat tegen schommelende grondstoffenprijzen voordeel zou bieden, in plaats van het voorgestelde spaarbiljet.
Een positief aspect van het plan is volgens hem de nadruk op belastingregistratie en bankrekeningen, wat een impuls kan zijn voor deelname aan de formele economie.
Het door Santokhi voorgestelde plan is volgens Karg doordacht en uitvoerbaar op de middellange termijn, hoewel macro-economisch gezien zowel het voorstel van Santokhi als dat van Somohardjo meer risico dan voordeel met zich meebrengen.
Terwijl Somohardjo een aanbod doet dat vijf keer de initiële investering door Staatsolie omvat, ziet Karg de haalbaarheid van Santokhi’s benadering als realistischer, ondanks de langere termijn totdat daadwerkelijke financiering beschikbaar zal zijn.
Het voorstel biedt enige voordelen maar dient volgens Karg met voorzichtigheid te worden benaderd om de belangen van Staat en burgers te waarborgen.