De laatste kans

Suriname als land heeft zoveel kansen gehad om zich te ontwikkelen van derdewereldland naar de status van een eerste wereldland. De eerste kans was in 1975 met 3.7 miljard Dfl uit het ontwikkelingsverdrag. Die kans werd verprutst door NPK en latere regeringen waarin de NPS de ontwikkelingsportefeuille mocht beheren. Dit was veelal te wijten aan onbekwaamheid op het vlak van economische ontwikkeling meer in het bijzonder kennis van industriepolitiek, en dan ook een zeer gebrekkige kennis van derde wereld vraagstukken, idem van businessmanagement, onbekendheid met geslaagde ontwikkelingsstrategieën, etc. 

De tweede kans kwam met de exploitatie van onze natuurlijke hulpbronnen goud en hout. Deze hulpbronnen werden niet gebruikt voor ontwikkeling van onze economie, maar werden gewoon in de uitverkoop gegooid. Het gevolg was dat er geen sprake was van economische ontwikkeling. Er is sprake van economisch ontwikkeling als investeringen leiden tot een aanvaardbaar inkomensniveau; volledige en volwaardige werkgelegenheid; een rechtvaardige inkomensverdeling; een stabiel prijspeil (geen inflatie of deflatie); een stabiele wisselkoers; een evenwichtige betalingsbalans; een adequaat niveau van voedselzekerheid en van duurzame energievoorziening; een goede ecologische kwaliteit.

Onze politieke leiders hadden deviezen nodig om de huishouding te kunnen draaien. Verder dan deze primitieve doelstelling kwam men niet. Geen ontwikkeling van het ondernemerschap en van de particuliere sector. Het stamhoofdig politiek leiderschap ziet in de particuliere sector een sector waarin Aziaten oververtegenwoordigd zijn en dus is het een no go voor hen. Het besef is er niet dat zonder een sterke particuliere sector er geen sprake kan zijn van een nationale economie. Ik had herhaaldelijk betoogd dat goud en hout makkelijker zijn te exploiteren dan oliepalm en dus makkelijk door nationale ondernemers gedaan kunnen worden. Maar in de ogen van onze politieke leiders vooral van afro huize is nationaal synoniem met Afro-Surinaams. Als men geen cultuuromslag maakt dan zal ook olie en gas een verloren kans zijn.

En nu de laatste kans met olie en gas

Vooralsnog is er nog geen stront aan de knikker. De concessievoorwaarden zijn gunstiger dan die welke Guyana heeft bedongen. Echter wordt terecht gevraagd naar inzage in de overeenkomst tussen SOM en TotalEnergies voor wat betreft de exploitatiefase. Gegeven het feit dat TotalEnergies en co jaloers waren op de deal van Exxon Mobil in Guyana waar de Guyanese overheid de belasting voor Exxon Mobil betaalt. TotalEnergies zal ook alles in het werk stellen om ook meer voordelige belastingregelingen te krijgen als vervroegde afschrijving en andere fiscale voordelen.Het  IMF heeft geadviseerd de levy op goud te verhogen maar het gebeurt niet. De pres en ministers hebben een eed afgelegd om het Surinaams belang te dienen. Voor mij is duidelijk dat onze mensen tjoekoe hebben genomen daarom wordt de levy niet verhoogd. Dus ik beschouw TotalEnergies en SOM deal met een flinke dosis achterdocht. 

Wat te doen

Laten we vaststellen dat geen enkele partij over de deskundigheid beschikt om alleen de sociaaleconomische problemen op te lossen. Het verleden is de beste raadgever voor de toekomst. Als men het kon dan hadden we dat gemerkt moeten hebben. Het is daarom imperatief om een inclusief team van mensen met ervaring in het opstellen, uitvoeren en managen van ontwikkelingsprojecten samen te stellen om een meerjarenplan op te stellen die na uitvoering Suriname gaat brengen op het niveau van een eerste wereldland.

Richard B Kalloe

error: Kopiëren mag niet!