Verkiezingsgekte

De verkiezingsgekte is begonnen. De politieke partijen proberen op allerlei manieren de aandacht op zichzelf te vestigen. De bedoeling is dat de mensen worden gelokt naar de meetings om te luisteren naar de visies. Dat is een goed en positief streven want daar draait het eigenlijk om. Opmerkelijk is echter dat vele mensen naar de meetings gaan omdat het vervoer gratis is, er volop eten en drinken is, de muziek keihard door de boxen schalt, het gezellig kletsen is, kortom het voor hen een groot feest is. Met een beetje geluk wordt men ook nog getrakteerd op een show van scheld- en vechtpartijen. 

De algemene klacht hier in Suriname is dat het gros van de bevolking niet veel begrijpt en geen inzicht heeft en dat dat ligt aan de slechte communicatie tussen regering en volk. Maar als we zien hoe het toegaat op vele meetings, moeten we niet verbaasd zijn dat de mensen geen inzicht hebben in hetgeen ze wordt verteld. Tijdens het feestgedruis probeert de spreker zijn boodschap aan het volk te brengen. De vraag is horen ze wel wat de spreker zegt of hebben ze het te druk met feesten, interesseert hetgeen er wordt gezegd ze wel? En wat er wordt gezegd door de sprekers, stimuleert de situatie ook niet de goede kant op. Het gros van de sprekers haalt uit naar een andere politieke partij, vernedert of beledigt anderen of staat mooie beloften op het podium te schreeuwen. Dat is hun manier om te zeggen: ”Anderen deugen niet, ik alleen kan een positieve verandering garanderen. Het komt niet in de sprekers op om het volk erop te wijzen dat samenwerken en samen bouwen veel vruchtbaarder is, dan elkaar neer te sabbelen. Men is slechts gefocust op het vernietigen van de ander en zichzelf op de voorgrond te plaatsen.

Men kiest voor de gemakkelijkste weg, namelijk mooie beloften spuien. Het is altijd erg gemakkelijk om met mooie beloften te komen, maar veel moeilijker is te bewijzen dat die mooie beloften ook gerealiseerd kunnen worden. In het verleden hebben we bij vele regeringen gezien dat als ze eenmaal binnen zijn, de plannen worden vergeten of niet realiseerbaar zijn. Terwijl tijdens Venetiaan Telting en Hildenberg hard werkten om ons geld weer waarde te geven, schreeuwde Bouterse dat hij de AOV en kinderbijslag zou verhogen. De mensen keerden hun redder Venetiaan de rug toe en volgden Bouterse blindelings. Nog een voorbeeld was het ziekenfonds plan van de vorige regering. Er werd geroepen gratis medische zorg tot een bepaalde leeftijd. Het slot van het liedje was dat de medische zorg finaal kapot werd kapot gemaakt, dat alles juist duurder werd en er geen medicijnen te krijgen waren. Ook de beloften op sociale zaken bleken een luchtbel. Achaibersingh heeft enorme achterstanden moeten wegwerken. Achteraf bleek dat het land op de pof had geleefd en dat we zaten opgescheept met gigantische schulden. En zo houdt elke politieke partij deze gangbare trend van mooie beloften en niet waarmaken, in stand. Opscheppen over een plan is gemakkelijk maar gaat het ook werken? Mensen willen heldere plannen die ook echt werken. 

Toen Santokhi kwam met een stappenplan om het land uit zijn faillissement te halen, dacht ik eerst dat het weer loze beloften waren. Achteraf moet ik toegeven dat hij mij heeft verrast. Zijn regering was de enige die kwam met een goed uitgewerkt plan en dat plan ook daadwerkelijk heeft uitgevoerd. Hij heeft vaak in zwaar weer verkeerd, men heeft hem bespot met de woorden: ”Joe bo set eng toch?”  Toen hij de steun van de coalitie het hardst nodig had, lieten ze hem in de steek. Hij wist dat hij met zijn zware maatregelen het risico liep om stemmen te verliezen en toch zette hij door. Daar was niet alleen een rotsvast geloof in zijn stappenplan voor nodig maar ook een grote dosis moed.  

Inzicht in een visie en hoe je te gedragen op een politieke massameeting komt niet zomaar aanwaaien. Het volk moet daarin worden opgevoed. En dat ligt in de handen van de politieke leiders. Vele politieke leiders misbruiken echter de naïviteit van het volk. De mensen worden naar de meetings gelokt met gratis eten en drinken. Het gros komt dus niet omdat ze in die politieke partij geloven of omdat ze echt willen horen wat men voor het land wilt doen. Men vindt het veel belangrijker om te kunnen opscheppen over de grote opkomst. Het gaat dus bij de leiders om de kwantiteit en niet om de kwaliteit. 

Leiders kunnen zorgen voor een mindshift door hun aanhang te leren dat niet de opkomst van een grote massa het allerbelangrijkste is, maar de oprechte belangstelling van de mensen. Je kunt beter een kleine groep echt geïnteresseerde mensen toespreken dan een ongeïnteresseerde massa proberen te overschreeuwen. Mensen moeten leren dat het er bij een politieke meeting om gaat om te luisteren, te begrijpen en zelf te denken.

People never lie so much as after a hunt, during a war or before an election.”

Josta Vaseur

error: Kopiëren mag niet!