Bij Montignac, Frankrijk, ontdekten op 12 september 1940 vier tieners een verzameling prehistorische grotschilderingen wanneer ze op de oude kunstwerken stuitten nadat ze hun hond door een smalle ingang naar een grot waren gevolgd.
De 15.000 tot 17.000 jaar oude schilderingen, die voornamelijk uit dierenvoorstellingen bestaan, behoren tot de mooiste voorbeelden van kunst uit het Laat-Paleolithicum.
De grot van Lascaux, die voor het eerst werd bestudeerd door de Franse archeoloog Henri-Édouard-Prosper Breuil, bestaat uit een hoofdgrot van 20 meter breed en 5 meter hoog. De wanden van de grot zijn versierd met ongeveer 600 geschilderde en getekende dieren en symbolen en bijna 1.500 gravures.
De afbeeldingen tonen in uitstekende details talloze soorten dieren, waaronder paarden, edelherten, herten, runderen, katachtigen en wat mythische wezens lijken te zijn.
Er is slechts één menselijke figuur afgebeeld in de grot: een man met een vogelkop en een rechtopstaande fallus.