Sylvester, onze huis-econoom en ongevraagde grapjas, snijdt deze week een heet hangijzer aan: de rijstcompensatie voor boeren. “Iedereen wil nu opeens mee springen in de boerencompensatie”, bromt hij terwijl hij zijn ochtendkoffie slurpt. “De boeren vinden die SRD 2.000 per hectare veel te weinig, maar niemand in de Assemblee kan bewijzen waarom het onvoldoende is. Laat staan wat het bedrag dan wel zou moeten zijn.”
Met een cynische grijns vervolgt hij: “Zijn we verbaasd? Het is verkiezingstijd, baby! Emoties van boeren worden gebruikt en misbruikt alsof we in een telenovela zitten. Iedereen speelt de rol van hun leven zonder de cijfers te kennen. Ze roepen over compensatie alsof het gratis rijstwafels zijn.”
Sylvester rolt met zijn ogen en luidt zijn bekendste adagium in: “Grote landen zoals de VS en de EU geven hun boeren forse subsidies. Waarom mogen wij dat niet? Oh ja, omdat het IMF en de Wereldbank de arme landen liever laten spartelen.” Hij zwaait dramatisch met zijn armen in de lucht. “Arme landen mogen hun boeren niet steunen, dan komt er meteen een ziedende reprimande vanuit de financiële hemel.”
Sylvester, hoewel ongemakkelijk komisch, legt de vinger wel op de zere plek. “Misschien moeten we eens nuchter naar de feiten kijken. In plaats van rondstrooien met loze beloftes en verkiezingsretoriek, zouden onze beleidsmakers de echte kosten en opbrengsten in kaart moeten brengen. Maar wie heeft daar tijd voor? Het is makkelijker om de landbouwers te laten sterven, toch?”
En zo concludeert onze huis-econoom met een bittere lach, terwijl hij zelf wel geniet van zijn bord rijst. “Ja hoor, iedereen wil mee springen. Maar niemand weet precies waar ze heen springen.”