Bij iedere verkiezing verwachten de mensen in Suriname dat betere kandidaten zullen worden gekozen die in staat zijn om het land naar een hoger niveau te tillen. Echter, in de afgelopen 40 jaar is dit helaas niet gebeurd. Integendeel, de situatie lijkt alleen maar slechter te worden. Naar verwachting zal 2025 hierin geen uitzondering vormen.
Het onderwijssysteem in Suriname is de afgelopen decennia drastisch achteruitgegaan. Een groot deel van de bevolking met denkvermogen en capaciteiten heeft het land verlaten op zoek naar betere kansen elders. Slechts een klein percentage van de bevolking heeft een HBO-opleiding, en zelfs binnen deze groep weten velen de theoretische kennis niet om te zetten in praktische vaardigheden.
Het gevolg hiervan is een onderontwikkeld volk dat grotendeels in armoede leeft. Dit probleem is zichtbaar in alle etnische groepen, maar het komt voornamelijk tot uiting bij de marrongemeenschap. Een onderontwikkeld volk is vaak niet in staat om kritische keuzes te maken en blijft daarom stemmen op dezelfde ineffectieve leiders, simpelweg omdat ze geen beter alternatief kennen.
De verwachtingen voor de verkiezingen van 2025 zijn dan ook somber. Er is weinig hoop dat er een positieve verandering zal komen met de huidige politieke kandidaten. Het land blijft gevangen in een vicieuze cirkel van onderontwikkeling en slecht leiderschap.
Suriname heeft een monumentale inspanning nodig om het tij te keren: een drastische verbetering van het onderwijssysteem, het terughalen van talentvolle burgers, en het aanbieden van echte kansen voor iedereen. Zonder deze veranderingen zal de politieke en economische situatie in het land blijven verslechteren. Helaas, zoals het er nu uitziet, zal 2025 waarschijnlijk zelfs nog slechter zijn dan 2020 en de huidige situatie.
Het is tijd voor een ware revolutie in ons denken en in ons beleid. Alleen dan kunnen we hopen op een betere toekomst voor Suriname.