Enkele dagen terug zijn in Suriname 220 vreemdelingen genaturaliseerd. Uit de opmerkingen gemaakt in DNA blijkt. dat bijna 70 procent een lage of onbekende scholing heeft. Verder zou meer dan de helft geen zekerheid hebben wat betreft hun baan. Het zijn vreemdelingen zonder een vaste baan, wat betekent dat ze soms werk hebben en soms niet. Elke keer worden dezelfde opmerkingen gemaakt wanneer het gaat om naturalisaties. Het bezwaar is dan altijd dat er in Suriname geen bevolkingspolitiek en migratiebeleid bestaat.
Er worden groepen burgers toegelaten, zonder dat er een visie is wat we willen maken van de bevolking. De Surinaamse bevolking is al over het algemeen laag geschoold. Daardoor wordt het moeilijk om bepaalde sectoren te ontwikkelen. Een van die sectoren is de olie- en gasindustrie.
Het toelatingsbeleid in Suriname is soepel. In principe wordt iedereen tot Surinaams grondgebied toegelaten, tenzij er duidelijke redenen zijn om een persoon niet toe te laten. Er is gesproken bij de behandeling over criteria om personen te naturaliseren en de voorzitter van de Commissie van Rapporteurs heeft op die vraag antwoord gegeven zonder te verwijzen naar documenten waarin deze helder zijn beschreven. We denken dan aan criteria die staan opgenomen in wetten, staatsbesluiten of beschikkingen.
De minister van JusPol is belast met de voorbereiding van de naturalisatie van vreemdelingen. Er zijn zoals blijkt uit de discussies in DNA 2 soorten naturalisatie. We hebben in Suriname de naturalisatie bij wet, die wordt behandeld in DNA. Dan heeft de president ook een verkorte procedure om ook een aantal groepen vreemdelingen te naturaliseren. De Surinaamse nationaliteit door naturalisatie wordt verkregen door het in werking treden van een wet. Met deze wet wordt de naturalisatie verleend. Dat is dus de algemene regel.
Om een verzoek voor naturalisatie te kunnen indienen moet de verzoeker ten eerste meerderjarig zijn. Personen die naturalisatie aanvragen zijn zij die bijvoorbeeld de Surinaamse nationaliteit hebben verloren. Maar ook personen die gedurende de laatste vijf jaren hun woonplaats dan wel hun hoofdverblijf in Suriname hebben gehad. Ook personen die in Suriname zijn geboren uit ouders zonder dan wel van onbekende nationaliteit. De aanvragers moeten een bedrag storten voor de aanvraag. Ook moeten ze aangeven of ze belasting betalen en wat hun inkomen is (belastbaar inkomen). Vreemdelingen moeten ook een bewijs overleggen dat de wetten van het land waarvan ze de nationaliteit dragen, naturalisatie tot Surinamer wel toestaan. Naturalisatie kan ook om redenen van staatsbelang worden verleend. Dan denken we aan wetenschappers of sporters.
Iets dat minder bekend is, maar toch wel van belang, is dat de minister van JusPol het minderjarig kind van een vrouw die de Surinaamse nationaliteit bezit en waarvan de vader is overleden of wettelijk onbekend is, eveneens die Surinaamse nationaliteit verlenen. De vrouw moetn daarom een verzoek doen. Het kind moet op de dag van het verzoek ten minste 1 jaar woonplaats of hoofdverblijf hebben gehad in Suriname.
En dan komen wij bij het gedeelte van de nationaliteitsverlening door de president. De president kan op verzoek de Surinaamse nationaliteit verlenen aan een aantal personen. Ten eerste gaat het om personen die een vreemde nationaliteit bezitten of staatloos zijn, maar die in Suriname zijn geboren. Ook personen die enige tijd de Surinaamse nationaliteit hebben bezeten en die thans een vreemde nationaliteit bezitten of staatloos zijn. Staatloos betekent dat iemand geen nationaliteit heeft.
Ook personen die buiten Suriname zijn geboren uit ouders van wie één of beide in Suriname is (zijn) geboren en die nu een vreemde nationaliteit bezit of staatloos zijn, kunnen door de president worden genaturaliseerd. Voor de verlening van de Surinaamse nationaliteit is vereist, dat de verzoeker meerderjarig is. Ooj is vereist dat op de dag van indiening van het verzoek zij de woonplaats of hoofdverblijf in Suriname hebben. DNA-leden die de vraag stellen hoeveel mensen door de president zijn genaturaliseerd zijn in principe luie parlementariërs die geen onderzoek doen. Want het staat in de wet dat het besluit van de president om vreemdelingen te naturaliseren in het Advertentieblad van de Republiek Suriname wordt bekend gemaakt.
Er is een aantal gevallen waarin de aanvraag door de president kan worden geweigerd. Dat is in de eerste plaats indien op grond van het gedrag van de verzoeker ernstige vermoedens bestaan, dat hij een gevaar oplevert voor de openbare orde, de goede zeden, de volksgezondheid of de veiligheid van de Staat. Maar ook als de verzoeker, die een vreemde nationaliteit bezit, niet het mogelijke heeft gedaan om die nationaliteit te verliezen, dan wordt het verzoek afgewezen.
Of als hij niet bereid is het mogelijke te doen om, na de totstandkoming van de naturalisatie, die vreemde nationaliteit te verliezen. De weigering vindt niet plaats als afstand van de vreemde nationaliteit redelijkerwijs niet kan worden verlangd. Dat is bijvoorbeeld het geval in de landen die ervan uitgaan dat indien men eenmaal de nationaliteit van het land draagt, dat men die nooit meer kwijt kan. Dat zijn de landen die een dubbele nationaliteit vereisen.
DNA-leden in Suriname hebben nooit bijgedragen aan het ontstaan van een bevolkingspolitiekF of migratiebeleid. Zo een document van hun kant is niet bekend.