Tegen de Surinaamse volkszanger Jurgen ‘Jur’ G. (45) is donderdag door het Openbaar Ministerie (OM) in Utrecht 12 jaar gevangenisstraf geeist voor de moord in januari vorig jaar in Utrecht op zijn vrouw Rubia Egers (52).
Familieleden hoorden de bewuste nacht rumoer in de slaapkamer van de twee, waarna de Utrechter het huis ontvluchtte. In de slaapkamer troffen ze de zwaargewonde vrouw alleen aan. Zij kwam later in het ziekenhuis te overlijden. Politieagenten hielden kort daarna in de buurt de verdachte aan die blootsvoets op straat liep, bebloede handen had en in het bezit was van een bebloed mes.
In verhoren heeft de ‘Jur’ verklaard dat hij weinig meer weet van het incident, maar zich nog wel herinnert dat hij kort na het steken met het mes in zijn handen tegenover het slachtoffer in de slaapkamer stond.
De Officier van Justitie vindt dat het doodsteken – 36 messteken – van Rubia Egers gebeurde in een opwelling, maar zegt dat een jarenlange gevangenisstraf de enige rechtmatige straf is. “Het toegepaste geweld was fors en gruwelijk. En opzettelijk. Eén motief springt er uit: ziekelijke jaloezie. Gecombineerd met controledrang – verdachte luisterde zijn partner zelfs af – en overmatig alcoholgebruik. Hij was dagelijks ladderzat.”
Niet gebleken is dat ‘Jur’ een vooropgezet plan had het slachtoffer te doden. Daarom heeft de Officier van Justitie geen veroordeling geëist voor moord, maar wel voor doodslag. Het wordt de man onder meer zwaar aangerekend dat hij niet alleen zijn partner het leven heeft ontnomen, maar dat ook haar kinderen, vrienden en overige familie hun dierbare door zijn zinloze daad voorgoed moeten missen.
Het Openbaar Ministerie benadrukte dat Jur G. ook in eerdere relaties agressief en dwingend was. “Rubia is uit grote woede over vermeend vreemdgaan doodgestoken”, zei de Officier van Justitie.
“Dankzij een cocktail van jaloezie, stress en alcohol. Elke acht dagen wordt er in Nederland een vrouw gedood door haar (ex-)partner. Met mannen als dader die uit controledrang en jaloezie ver over de schreef gaan. De verdachte zocht de schuld telkens buiten zichzelf. Hij zoop zich klem. Hij liep niet weg toen de relatie niet meer beviel. Hij koos geen hulp. Hij is niet open over het moment dat Rubia werd gedood. Hij gebruikte zijn geloof – winti – als een pilaar om zich achter te verschuilen. Maar het is zijn grofheid van handelen geweest die tot de dood van Rubia Egers heeft geleid. Welke impact dat heeft, hebben we gehoord in de indringende slachtofferverklaringen.”
De uitspraak is over twee weken.