Sigrid Kaag, voormalig hulpcoördinator van de VN voor Gaza, heeft de humanitaire situatie in het bezette gebied aangeklaagd als zijnde steeds nijpender. Ze benadrukte dat scholen en gezondheidsfaciliteiten volledig zijn verwoest en dat 1,9 miljoen Palestijnen nu gedwongen ontheemd zijn.
Tijdens haar ambtstermijn als minister van Buitenlandse Zaken van Nederland, van mei 2021 tot januari 2022, pleitte Kaag voor een tweestatenoplossing en stelde ze de noodzaak van humanitaire hulp en geweldsvermindering voorop.
Echter, de werkelijke impact van haar standpunten en het Nederlandse beleid roept serieuze vragen op.
Integendeel, tot Kaags retoriek over Gaza, heeft het Nederlandse kabinet stelselmatig een laconieke houding aangenomen ten aanzien van de verwoestende acties van Israël tegen de Palestijnen. Ondanks de verwoesting en moorden in Gaza, heeft Nederland nooit krachtig een staakt-het-vuren geëist in de Verenigde Naties. Deze passieve houding maakt Nederland medeverantwoordelijk voor de voortdurende moorden en het leed van de Palestijnen.
Het schokkendste aspect van deze apathie komt naar boven bij de voormalige Nederlandse premier Mark Rutte. Rutte’s latente houding jegens de Israëlisch-Palestijnse kwestie lijkt een berekende zet te zijn geweest om zijn eigen carrière te bevorderen. Door niet stevig op te treden tegen Israël, heeft hij de weg geplaveid voor zijn ambities om NAVO-voorzitter te worden. Deze functie vereist steun van de pro-Israëlische Amerikaanse Senaat, wat verklaart waarom Rutte zijn politiek moreel liet varen.
Deze keuzes zijn niet alleen verwerpelijk, maar ze leggen een gebrek aan principes en ethische overwegingen bloot van een leider die de belangen van het Nederlandse volk zou moeten beschermen. In plaats daarvan heeft Rutte Nederland “in de uitverkoop” gezet voor persoonlijke gewin. Het resultaat is een diepe schaamte en medeplichtigheid aan de humanitaire catastrofe in Gaza.
Door deze hypocrisie wordt het steeds duidelijker dat woorden zonder daden weinig betekenis hebben. Het is tijd dat Nederland zijn verantwoordelijkheid neemt en zijn beleid fundamenteel herziet om echt bij te dragen aan vrede en rechtvaardigheid in het Midden-Oosten.
John F.K.
