Het Assembleelid Chuanrui Wang (VHP) wil van de regering weten of er in de afgelopen periode meldingen hebben plaatsgevonden van ongebruikelijke transacties. Hij stelde deze vraag afgelopen donderdag tijdens de debatten rond de wijziging van de Wet ter bestrijding en voorkoming van Money Laundering en Terrorisme Financiering (WMTF). Deze wet werd in 2022 door het parlement goedgekeurd.
De wijzigingen in de WMTF zijn bedoeld om de geconstateerde tekortkomingen in deze wet weg te werken. Het gaat om enkele wijzigingen die van redactionele- en wetgevingstechnische aard zijn. Het belang van de wijzigingen kan eveneens gezocht worden in feit dat deze wet niet volledig voldoet aan de maatregelen van de Financial Action Task Force (FATF)-aanbeveling 10. De maatregelen van FATF-aanbeveling 10 gaan onder andere over het uitvoeren van het cliëntenonderzoek door de dienstverlener.
Verscherpte cliëntenonderzoek
Een van de wijzigingen in de WMTF betreft artikel 7 betrekking hebbende op cliëntenonderzoek. FATF-aanbeveling 10 verplicht dienstverleners om een verscherpt cliëntenonderzoek uit te voeren van een incidentele transactie van ten minste USD 15.000 of Euro 15.000.
Zo werd door de FATF gesteld, dat bij het huidige WMTF het niet duidelijk was bij wie een cliëntenonderzoek uitgevoerd moest worden. Met een aanpassing in het desbetreffend artikel wordt nu specifiek aangegeven bij wie en wanneer een dergelijk cliëntenonderzoek verricht dient te worden door de dienstverlener.
Volgens de WMTF is de dienstverlener verplicht melding te doen van ongebruikelijke transacties bij de Financial Intelligence Unit (FIU). Chuanrui Wang wil weten hoe het staat met de monitoring van deze meldingsplicht en of er in de voorbije periode meldingen hebben plaatsgevonden.
Andere artikelen die in de WMTF worden aangepast hebben onder meer betrekking op de verificatie van de vastgestelde identiteit van de cliënt, maatregelen die door de dienstverlener genomen moeten worden bij het verrichten van verscherpte clientenonderzoek, en de extra veiligheidsmaatregelen die genomen moeten worden indien het cliëntenonderzoek betrekking heeft op politiek prominente personen.