De misvatting van vakbondsacties in Suriname: Tussen idealisme en realiteit  

Recente pogingen tot vakbondsacties in Suriname, onder meer door C-47, tegen de verhoogde stroomtarieven, lijken meer op een mislukking dan op een triomf van het collectieve protest. Ondanks de algemene weerstand tegen de stijging van de kosten voor energie en  levensonderhoud, is de betrokkenheid van het volk bij deze acties verre van overweldigend.

Gewezen kan worden op de halfslachtige bijdrage van de FOLS-onderwijsbonden, die weliswaar de schooldeuren sloten maar tegelijkertijd vergoeding eisen voor deze ‘vrije dagen’. Dit ondergraaft de authenticiteit van hun protest, aangezien het lijkt alsof ze geen echte opoffering willen maken voor hun zaak.  De discrepantie tussen idealisme en praktische uitvoering wordt ook geïllustreerd door de tegenstrijdige houding van de BvL/ALS-leerkrachtenbond, die slechts halfhartig deelnam aan de stakingen.

Hun voorzitter, die politiek gezien de coalitie gunstig gezind is, leek meer gedreven door vrees voor represailles dan door overtuiging.

Het gemeenschappelijke thema bij deze vakbondsacties lijkt te zijn dat, ondanks de ogenschijnlijke inzet voor het ‘goede doel’, zelfbelang en vergoeding voor niet geleverde arbeid bovenaan staan.  

Een ander cruciaal aspect is het gebrek aan maatschappelijk draagvlak voor dergelijke acties. Mensen zijn moe van geforceerde, politiek gemotiveerde acties die vaker wel dan niet resulteren in chaos en onrust, zoals tijdens de plunderingen op 17 februari 2023. Dit heeft geleid tot een verminderd vertrouwen in vakbondsacties als legitiem middel voor verandering.

Bovendien hebben interne conflicten binnen de vakbeweging, aangewakkerd door persoonlijke politieke ambities, de geloofwaardigheid van dergelijke acties verder ondermijnd.  

De les die hieruit getrokken kan worden is dat vakbonden in Suriname een identiteitscrisis doormaken.

Het streven naar politieke macht en persoonlijk gewin lijkt de oorspronkelijke doelen van collectieve actie en belangenbehartiging te hebben overschaduwd.

De mislukking van de vakbondsacties is symptomatisch voor een bredere malaise: een verlies aan vertrouwen in collectieve actie als een middel voor positieve sociale en politieke verandering. Het verleden van vakbonden die zich omvormden tot politieke partijen, zonder daadwerkelijke invloed of zetels te verkrijgen, lijkt dit alleen maar te bevestigen.

In deze context worden vakbondsleiders gezien als ‘rustverstoorders’ in plaats van als kampioenen van werknemersrechten. Dit leidt tot de onvermijdelijke vraag: zijn vakbondsacties in Suriname nog wel in staat om echte verandering teweeg te brengen, of zijn ze slechts een echo van een vervlogen tijdperk?

error: Kopiëren mag niet!