De dienst Kust en Binnenwateren van het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) heeft vorig jaar 230 vergunningen verstrekt voor het beoefenen van de sportvisserij. Dat is aanmerkelijk minder dan het jaar daarvoor, waarin 302 vergunningen zijn afgegeven. Afdelingshoofd Muriel Wirjodirjo zegt dat de afname waarschijnlijk te maken heeft met het duurder geworden vergunningsrecht. Het sportvissen vergunningsrecht was in 2011 nog SRD 50, in 2012 werd het aangepast naar SRD 100. Wirjo merkt echter op dat dit bedrag relatief niet hoog is, omdat het recht wordt verleend voor een heel jaar. ‘Als sportvissers bereid zijn behoorlijk wat geld neer te tellen voor hun dure uitrusting, dan is de SRD 100 niet veel geld.’
De gewijzigde Visstandsbeschermingswet verplicht sinds 2011 een ieder die in de openbare wateren vist, een vergunning te hebben. Degene die het vergunningsrecht niet kan aantonen, wordt krachtens de wet beboet. In het uiterste geval kunnen de controlerende jachtopzieners zelfs de visbuit en andere eigendommen van de overtreder in beslag nemen. Het verhandelen van de gevangen vis is ook krachtens deze wet verboden. Bij de sportvisserij is de buit alleen voor privégebruik. Wirjodirjo zegt dat met de gewijzigde wet ook verhoogde controleactiviteiten op de binnenwateren worden uitgevoerd. Die opgevoerde controle heeft ook als gevolg dat minder personen de sportvisserij beoefenen.