Context fiscale overeenkomst Suriname – Indonesië verrassend

De minister van LVV zei enige maanden terug dat arbeiders uit het buitenland nodig zijn om het landbouwbeleid van Suriname te ontvouwen. Aan de andere kant heeft zijn politieke partij PL plannen om van alles en nog wat te produceren en goedkoop aan te beiden aan een deel van de burgerij. Handige ondernemers met connecties kunnen aardig inspelen op goedkoop geïmporteerd arbeid in de agrarische sector, in een land waar autoriteiten weinig aandacht besteden aan vreemdelingen. Voor gisteren stond op de agenda van de DNA een Overeenkomst Vermijding Dubbele Belasting tussen Suriname en Indonesië. Het onderwerp mag noodzakelijk zijn, maar is wel als donderslag bij heldere hemel gekomen. De vraag is of deze goedkeuring in het kader is van het bovenstaande. De overeenkomst tussen de regeringen is al getekend op 14 oktober 2003 tijdens Venetiaan 2 (regering Venetiaan-Ajodhia) en moet de uitdrukkelijke bekrachtiging in DNA plaatsvinden. Indonesië is voor ons een opmerkelijk land. Het is het land waar we een ambassadeur hebben, die in elk geval tot voor kort daar doodongelukkig was. Het is het land waarvan de ambassadeur het heeft nagelaten om op de aangegeven tijd aan te geven hoe zij haar acties heeft gepland in het kader van het buitenlands en economisch beleid van de overheid en de economische diplomatie. Het is het land waarvan de ambassadeur zich op tenminste een belangrijk moment opvallend ziek meldde en in een ander land dan het land van missie zat. Indonesië behoort tot het handjevol landen die na de BRIC-landen supersnelle economische vorderingen maakt om de economische wereldorde te veranderen. Tegelijkertijd is het een land met een hardnekkig corruptieprobleem en religieuze intolerantie. Maar Indonesië is voor ons een opmerkelijk land omdat een coalitieleider, die zich de gelastigde van de president noemt, die investeerders moet lokken naar Suriname. Investeerders zijn nog niet gekomen, althans het publiek heeft nog geen kennis mogen maken met bedrijven die hier in Suriname in een of andere sector zaken willen doen. Ettelijke reizen zijn wel al ondernomen door de vertegenwoordiger van onze president. Tegen de achtergrond van het bovenstaande is het curieus wanneer een overeenkomst ter voorkoming van dubbele belasting wordt aangegaan en goedgekeurd. In de eerste plaats is zo een overeenkomst gebruikelijk wanneer in de verschillende landen grote groepen burgers van beide landen hun inkomstenbron hebben respectievelijk uitgaven doen. Het gaat om business gemeenschappen, maar ook om overwinteraars. We zijn ons in elk geval niet bewust van een groeiende Indonesische (business)gemeenschap hier of een Surinaamse tegenhanger daar. Dan zou het noodzakelijk zijn dat geen dubbele belasting wordt betaald of dat in het geheel geen belasting wordt afgedragen. Wat de noodzaak van de overeenkomst in 2003 was, is in het geheel niet duidelijk. Feit is nu dat ca.10 jaar de overeenkomst niet is bekrachtigd, dus ook niet heeft gewerkt. De Surinaamse regering heeft de overeenkomst 10 jaar kunnen missen, waaruit iets blijkt uit de noodzaak van die overeenkomst voor onze economie. De vraag rijst waarom onze huidige regering er belang bij hecht om deze overeenkomst van Venetiaan 2 te bekrachtigen in een periode van een ambassade die niet adequaat lijkt te draaien. Zoals het verdrag het zelf zegt, is het bedoeld om het de heffingsbevoegdheid van de fiscale autoriteiten in Suriname en Indonesië af te bakenen. Dus de belasting wordt geheven door of het een of de ander. De overeenkomst beoogt het voorkomen van dubbele belasting voor inwoners van Suriname en Indonesië omtrent het genot van inkomsten. Eveneens is het de bedoeling dat een zo min mogelijke belemmering van het vrije verkeer van goederen, kapitaal, kennis en arbeid over de grenzen plaatsvindt. Kennis, vooral medische en technologische, zijn welkom evenals investeringen. Wat ons wel noopt tot voorzichtigheid is het vrije verkeer van arbeid, omdat wij hier geconfronteerd zijn met slachtoffers van mensenhandel uit Indonesië. Zijn er plannen om goedkope Indonesische arbeiders uit Indonesië te importeren voor bedrijven die door bepaalde personen worden gedraaid en zijn aangekondigd? Voor Suriname zijn relevant in het kader van onderhavige overeenkomst immers de loonbelasting welke ingehouden wordt door werkgevers, die arbeiders in loondienst hebben. Ook de inkomstenbelasting (voor zelfstandigen) en dividendbelasting (voor aandeelhouders van een nv) zijn voor Suriname relevant. Opmerkelijk is dat bij de definiëring van Suriname ook verwezen wordt naar het gebied met olievoorkomens in zee, terwijl in het geval van Indonesië het land gewoon omschreven wordt als ‘territorium welke als zodanig beschreven is in wetgeving’. De overeenkomst regelt uitgebreid de verschillende inkomstenbronnen zoals inkomsten uit onroerend goed, bedrijfswinsten, winsten uit zee of luchttransport, joint ventures, dividend, rente op leningen, royalty’s en persoonlijke arbeid (in dienst of zelfstandig). Speciale paragrafen zijn er ook voor de belastingheffing van bestuurders van bedrijven, artiesten en atleten, gepensioneerden, docenten en onderzoekers, studenten en stagiaires. Belangrijk is dat fiscale privileges van diplomaten en consulaire ambtenaren onaangetast blijven door deze overeenkomst.
 

error: Kopiëren mag niet!