Gouddeals publiekelijke bekend maken

De gouddeals die ophanden zijn om gesloten te worden met nieuwe buitenlandse maatschappijen moeten openbaar gemaakt worden, zodat de samenleving nota kan nemen van de inhoud en in groepsverband deze inhoud kan bespreken. Zodoende zal de civil society in staat zijn ook een bijdrage te leveren aan een deal die gedragen wordt door de samenleving aan wie het goud toebehoort. Wij meldden gisteren dat de OAS-missie die hier was in het kader van een oriëntatiemissie inzake de positie van vrouwen en Inheemse en Tribale Volken, heeft benadrukt dat lokale gemeenschappen in de gebieden waar de goudactiviteiten zullen worden ontplooid, eerlijk en oprecht ingelicht moeten worden, voordat de regering het besluit neemt om een deal met een multinational te sluiten. Dat betekent dat aan de lokale gemeenschappen alle informatie moet worden gegeven omtrent de deal die men zou willen sluiten. Daarbij moet het niveau worden aangepast en moet men geen overeenkomst van ruim 70 pagina’s gaan neerkwakken voor de mensen. Nadat alle informatie oprecht is gegeven, moet de regering de ruimte geven aan de lokale bevolking om hun bezwaren of punten van bezorgdheid naar voren te brengen. Hier zullen verduidelijking en eventueel compensatie voor een oplossing moeten zorgen. Het proces van consultatie zoals die geldt binnen het Inter-Amerikaans mensenrechtensysteem moet ook aan de bevolking worden uitgelegd. Het gaat niet om iets dat lijkt op een vetorecht, omdat uiteindelijk de regering de knoop doorhakt en besluiten neemt. Het gaat om de inspraak die verkregen moet worden van de lokale gemeenschappen, die soms letterlijk op het goud wonen. Het goud van het binnenland echter is niet van de Inheemse en Tribale Volken. Volgens de grondwet behoort het de natie toe, dus maakt de stedelijke bevolking daar ook ‘aanspraak’ op. Dit laatste betekent dat de stedelijke bevolking door de regering in de gelegenheid moet worden gesteld om ook kennis te nemen van de zoveel besproken gouddeals. Zeer zeker moeten lezersvriendelijke versies (samenvattingen) ook beschikbaar zijn voor het publiek. De burgerij in zijn algemeenheid moet in staat zijn om kennis te nemen van de inhoud en indien nodig geacht daarover grote of kleine discussies te houden. De regering noteert de kanttekeningen zoveel als mogelijk en neemt dat ook mee in de discussies die in voorbereiding zijn in DNA. Een bijzondere positie waarin de Inheemse en Tribale Volken hier verkeren, is het feit dat de economische actie zich zal voltrekken in de woongebieden waar ze wonen. Eventueel kan een massale verhuizing aan de orde zijn. In het rapport dat de OAS uitbracht naar aanleiding van de missie aan Suriname, wordt de nadruk erop gelegd dat de regering meer moet gaan letten op de internationaal erkende regels die er bestaan op het stuk van noodgedwongen verhuizing van lokale gemeenschappen. In elk geval moet er overheidssteun en compensaties aan de orde zijn en harde afspraken over mogelijk een terugkeer naar de plek. Door een lid van de DNA-commissie van rapporteurs is tegenover de krant een aantal hete hangijzers gepresenteerd, dat zal zorgen voor interessante vragen en discussies. Een van ze is het gebied dat de goudmaatschappijen eisen voor exploitatie. Deze gebieden kunnen interessant worden als ze lokale gemeenschappen (al dan niet Inheems of Tribaal) omvatten. Deze gebieden kunnen ook interessant worden als ze nabij of in het Centraal Suriname Natuurreservaat (dat op de Werelderfgoedlijst van Unesco voorkomt) liggen. We weten dus dat multinationals beseffen dat de milieueisen in of nabij natuurreservaten veel strenger zijn, ongeacht of de wetgeving zulks vereist of niet. Dat vloeit trouwens voort uit hun corporate social responsibility en in de meeste gevallen ook uit de ethische codes, waaraan bedrijven uit de OECD-landen gebonden zijn. Het punt is dat de civil society in de meeste ontwikkelingslanden waar deze rijke bedrijven uit rijke landen werken, niet op de hoogte is van de csr- en OECD-richtlijnen. Een ander punt waarover politici vaker een punt hebben gemaakt, kennelijk vanuit een stuk wetenschap, is de controleerbaarheid van de boeken van de multinationals. Het feit dat daarop nu zo een nadruk wordt gelegd, versterkt het vermoeden van de burgerij dat ‘al die tijd’ meer goud is geëxporteerd dan gerapporteerd en dat er meer dan alleen goud is geëxporteerd. Ongeverifieerde geruchten doen de ronde dat het ook om diamant zou gaan. Het DNA-lid meldde dat ook de 12-urige werktijd een punt is. Ons lijkt het dat de langere tijd werken voor 12 uren per dag op den duur zijn tol gaat eisen. Wanneer de sinaasappels dan uitgeperst zijn, zullen ze worden gedumpt in de prullenbak. Deze arbeiders zullen armlastig worden en gaan zitten voor de deur van Sozavo, omdat andere waardigere voorzieningen voor arbeidsongeschikten wettelijk ontbreken. In een goudbedrijf staat de 12-urige werkdag nu onder druk en het zal moeite kosten om de situatie te verlengen. De DNA moet erop letten dat rijke multinationals niet zover komen dat ze geen rekening meer hoeven te houden met de Surinaamse werknemer en zijn beperkingen. De wetten over arbeid moeten niet verwaarloosd worden. Het energievraagstuk is ook een hot issue. Het blijkt dat de energiefouten die eerder zijn gemaakt weer dreigen te worden herhaald, ondanks kritiek die men eerder zou hebben. De royalty’s zijn tijdens de verkiezingscampagnes anders belicht en nu heeft de politiek de beweringen bijgesteld. Bovendien is de andere zijde van mee-participeren nu pas goed duidelijk en dat is het mee-investeren met geld of middelen die direct beschikbaar moeten zijn en het mee helpen dragen van eventueel verlies. Aldus de algemene informatie en de standpunten die vooralsnog bekend zijn. Wat wij verwachten is een gefocuste discussie door beide partijen in DNA. Het moment dat een partij begint om steken onder water te geven, zal dat een indicatie zijn dat die partij geen behoefte heeft aan een deugdelijke discussie en dat men geen antwoorden kan of wil geven op alles. Dus de partij die als eerste begint met uitlokken, is de partij die wat te verbergen heeft en wellicht de burgerij ook aan het benadelen is. We hopen dat de documenten vrijelijk verspreid worden. We hopen dat de burgerij geïnformeerd de discussies volgt. We hopen dat oppositie, coalitie en de minister een hoog niveau van openbare discussie voeren waarvan de jeugd wat kan opsteken.
 

error: Kopiëren mag niet!