Minister Riad Nurmohamed van Openbare Werken heeft zijn verontschuldigingen aan de pers aangeboden voor uitlatingen die hij deed voor de aanvang van de recente Raad van Ministers. De minister erkende dat het gebruik van bepaalde terminologie ongepast was en beloofde dergelijke uitdrukkingen in te trekken.
Dit moment van reflectie volgde op vragen over zijn belofte bij aanvang van zijn ambtstermijn om bepaalde projecten van de vorige regering te belichten.
Minister Nurmohamed verduidelijkte dat bij voormalige overheids werkzaamheden geen sprake was van selectieve behandeling. In plaats daarvan pleitte hij voor een breed en onafhankelijk onderzoek naar diverse projecten, waaronder de vierbaansweg en andere initiatieven uit de afgelopen tien jaar. Nurmohamed gaf aan dat hoewel sommige onderzoeksresultaten reeds bekend zijn, hij op meer bevindingen wacht.
Hij onderstreepte ook zijn weerstand tegen het publiekelijk aan de kaak stellen van interne problemen, maar voelde zich gedwongen om bewijzen aan te dragen en de waarheid aan het licht te brengen vanwege onterechte beschuldigingen. De minister verdedigde zijn benadering door te stellen dat zijn hoofddoel het verbeteren van de infrastructuur is, zonder zich te verliezen in onderzoeken naar persoonlijke achtergronden bij projectselectie.
Opmerkelijk is dat dit niet de eerste keer is dat minister Nurmohamed zich heeft verontschuldigd voor zijn taalgebruik. In april 2021 bood hij al eens zijn excuses aan via social media voor een interview waarin hij uitdrukkingen gebruikte die hij later betreurde. Die verontschuldigingen weerspiegelen een patroon waarin de minister publiekelijk reflecteert en verantwoordelijkheid neemt voor zijn uitspraken.