In de schaduwen van de maatschappij, waar het licht van mededogen zelden schijnt, bevindt zich een hartverscheurend tafereel op een vergeten begraafplaats. Te midden van de graven heeft een man, wiens leven jaren geleden in as werd gelegd door een woningbrand, een schuilplaats gevonden.
Meneer Barba, zoals hij bekend staat, woont al vele jaren op de begraafplaats, nadat hij dakloos achterbleef. Daarnaast worstelt hij al geruime tijd met een drugsverslaving, voornamelijk cocaïne, die hij gebruikt wanneer hij kan en geld voor heeft. Hij overleeft het leven door her en der schoonmaakwerk te verrichten en te helpen bij het onderhouden van graven, soms wel drie keer per week.
Een dove vrouw, die drie maanden geleden uit haar huis werd gezet, heeft ook haar toevlucht gezocht bij meneer Barba. Samen proberen ze te overleven met de beperkte middelen die hen ter beschikking staan. Ze slapen in zelfgemaakte bedden.
De vrouw, wiens slaapplaats bestaat uit twee aan elkaar geschoven stoelen, deelt dit sobere bestaan met meneer Barba. Hun maaltijden bereiden ze buiten, vlak bij de graven, op een zelfgemaakte “chulha”, een primitieve kookplek. Het is een dagelijkse cyclus van overleven, ver van de warmte van een thuis of de zekerheid van een maaltijd.
Deze kwetsbare daklozen die een leven hebben opgebouwd op de begraafplaats hebben dringend hulp nodig. Naarmate de tijd verstrijkt, komen steeds meer vrouwen op de begraafplaats, elk met hun eigen tragische geschiedenis.
Ondanks de erbarmelijke omstandigheden streeft meneer Barba naar medemenselijkheid en biedt onderdak aan vrouwen die nergens anders een toevluchtsoord kunnen vinden. Een van hen was recent slachtoffer van mishandeling door een man, en meneer Barba kwam onmiddellijk te hulp.
Hun leven op de begraafplaats is een voorbeeld van hoe kwetsbaarheid en isolement samengaan en hoe de samenleving vaak niet de meest behoeftigen helpt. Het is een tragisch verhaal dat vraagt om aandacht, begrip en actie om ervoor te zorgen dat niemand in de duisternis van vergetelheid wordt achtergelaten.
De begraafplaats, ooit een plek van rust en herinnering, vertoont nu tekenen van vervuiling en verwaarlozing. Hoog onkruid ligt tussen de graven en grofvuil van kapotte machines en verouderde apparaten liggen verspreid over het terrein. Het is een noodkreet om hulp en aandacht voor deze verlaten zielen, wiens hoop op een verbeterde toekomst wordt gedragen door de compassie van een enkeling in een vergeten omgeving.
SD