In de Nationale Assemblée (DNA) is inmiddels afgelopen week de begrotingsbehandeling gestart. In de eerste ronde van het parlement kwamen sprekers in en buiten de parlementaire commissies aan het woord. Maar het woord commissie is inmiddels een begrip geworden in het beleid, uitgezet door president Chan Santokhi.
Op diverse beleidsgebieden en bij diverse ministeries zijn presidentiële commissies, stuurgroepen en werkgroepen geïnstalleerd door de president. Deze commissies worden aangestuurd door het Kabinet van de President en de middelen worden ook aangebracht op de begroting van het Kabinet. Hierop is alom veel kritiek in zowel de samenleving als binnen de politieke gelederen.
Ook tijdens de huidige begrotingsbehandeling is kritiek door diverse sprekers naar voren gebracht. Het uitblijven van de spreiding van de middelen is een groot knelpunt binnen de coalitie.
ABOP-fractieleider Obed Kanape heeft tijdens de eerste ronde aangehaald dat het onkan is, dat ministeries geen middelen kunnen krijgen, maar presidentiële commissies wel. Volgens hem moet indien dit de werkwijze is van de president voor elk prioriteitsgebied een commissie benoemd worden. De presidentiële commissies kunnen rechtstreeks middelen aanwenden.
Kanape wil dat het werk uiteindelijk wel gedaan moet worden, vooral als het gaat om belangrijke vraagstukken als veiligheid. Zijn collega Ramon Koedemoesoe van de ABOP gaf tijdens zijn spreekbeurt aan, dat in de perceptie leeft dat delen van de regering wel middelen krijgen en anderen niet. Hij riep minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning op hierover klaarheid te geven. Het is volgens Koedemoesoe van belang dat de coalitie als een geheel naar buiten komt.
Bij de begrotingsbehandeling worden de ontwerpbegrotingen van alle zeventien ministeries uitgewerkt. In de huidige coalitie zijn de ministeries verdeeld tussen de VHP, die 10 ministeries heeft, en de ABOP die het beheer heeft over 7 ministeries. Dit leidt tot vele conflicten in de uitvoering van het beleid.