De regering is voortdurend en constructief in overleg met vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en de vakbeweging, om daar waar mogelijk, verder tegemoet te komen aan hun wensen en eisen binnen de grenzen van wat haalbaar is.
Tijdens een overleg op 26 september werd door de vertegenwoordigers van de vakbonden aan de regering voorgelegd dat de koopkracht van verschillende delen van de samenleving is gedaald. In dat verband werd gevraagd of er gekeken kan worden of de btw op brandstof en nutsvoorzieningen kan worden aangehouden, er gestreefd kan worden naar een meer evenwichtige spreiding van de belastingdruk, en of een voorstel van de Commissie Evaluatie BTW tot aanpassing van de btw-wet in overweging kan worden genomen.
De president heeft tijdens dit overleg, alsook bij het vervolgoverleg op zaterdag 11 november, steeds aangegeven begrip te hebben voor de standpunten van de verschillende vakbonden, waarbij hij de minister van Financiën en Planning heeft gemandateerd om namens de regering na te gaan of, en zo ja, op welke wijze tegemoet zou kunnen worden gekomen aan de wensen van de verschillende vakbonden. Hierbij is een motie van de verschillende vakbonden die op 8 november aan de president was overhandigd, aan de orde gekomen.
De regering heeft aan de vakbonden, ook na goedkeuring van de wet btw, alle ruimte geboden tot constructieve bijdragen en aanpassingen.
Tijdens de overlegmomenten die de vakbonden hadden met de minister van Financiën en Planning, het clusterteam van ministers, het Onderhandelingsorgaan en de Belastingdienst, is hen aangegeven dat hun voorstel van 19 oktober tot integrale wijziging van de btw-wet, de zogenaamde Omnibuswet, een niet werkbaar document is dat de belastingdruk niet zal verlichten, en waarin juist voorstellen worden gedaan tot ongewenste verhogingen van de btw voor basisgoederen en medicijnen.
Voorts gaf de minister van Financiën en Planning bij herhaling aan, dat de btw op brandstof niet kan worden teruggedraaid, omdat de inkomsten nodig zijn om noodzakelijke staatsuitgaven te kunnen garanderen, zoals de uitbetaling van salarissen, pensioenen, sociale uitkeringen, medische voorzieningen en de subsidies op kookgas en elektriciteit.
Voorstellen minister van Financiën en Planning
Ten aanzien van de overige voorstellen van de verschillende vakbonden tot het aanhouden van btw op nutsvoorzieningen en het verhogen van de koopkracht, heeft de minister van Financiën en Planning de volgende voorstellen gedaan:
- Het aanhouden van de uitvoering van de btw op stroom, water en kookgas voor een periode van 8 maanden tot en met juni 2024 of eerder met gelijktijdige koppeling hiervan aan integrale wijziging van de btw wetgeving, waarbij alle evaluaties zullen worden betrokken van onder meer het bedrijfsleven, de vakbeweging en andere nationale en internationale organisaties.
- Ten aanzien van verhoging van de koopkracht is door de minister van Financiën en Planning het voorstel gedaan tot:
A. aanpassing van de belastingschijven die per 1 januari 2024 zullen ingaan, waardoor de koopkracht zal worden verhoogd voor werkers in de publieke en private sector en tevens voor ondernemers in het midden- en kleinbedrijf.
B. het treffen van voorzieningen voor ambtenaren en aan hen gelijkgestelden die vallen onder de belastingvrije grens van SRD 7.500, waardoor ook voor hen verbetering van de koopkracht merkbaar zal zijn.
Op zaterdag 11 november hebben de vertegenwoordigers van de verschillende vakbonden aangegeven deze voorstellen van de minister van Financiën en Planning te zullen presenteren aan hun leden en de minister hieromtrent nader te zullen informeren.
Verbazing: ‘Geen sprake van enig arbeidsconflict’
De huidige opstelling van de verschillende vakbonden verbaast de regering, aangezien er geen sprake is van enig arbeidsconflict en dat partijen met elkaar in overleg zijn. De regering roept de gezamenlijke vakbonden dan ook op tot normalisatie en verdere dialoog, en niet het pad op te gaan van onrust en ontregeling van het dagelijks leven. De acties veroorzaken schade aan de economie, en aan het onderwijs en de gezondheidszorg. Ze brengen verder de inkomsten, en daardoor het nakomen van verplichtingen door de Staat in gedrang.