“Secretaris-generaal van de OIC: Ziekenhuisbloedbad in Gaza is een oorlogsmisdaad, staatsterrorisme”

De Saoedische minister van Buitenlandse Zaken, Prins Faisal bin Farhan, heeft benadrukt dat het noodzakelijk is om de belegering van Gaza op te heffen en humanitaire corridors op te zetten.

Op woensdag riep de Saoedische topdiplomaat de internationale gemeenschap op om actie te ondernemen, waarbij hij herhaalde dat het Koninkrijk herhaaldelijk had gewaarschuwd voor het gevaar van verslechtering van de situatie in de regio.

Tijdens een conferentie van de Organisatie voor Islamitische Samenwerking (OIC) in Jeddah verklaarde de Saoedische minister dat Saoedi-Arabië zijn afwijzing van de “herhaalde agressies” door Israëlische troepen in Gaza opnieuw bevestigt.

“We hebben herhaaldelijk gewaarschuwd voor de gevaren van oorlog en de onvoorspelbare gevolgen ervan, die een vruchtbare voedingsbodem voor extremisme creëren”, aldus prins Faisal.

De Saoedische minister beweerde verder in zijn toespraak dat de internationale gemeenschap een verantwoordelijke houding moet aannemen om de Palestijnen in Gaza te beschermen, de levering van hulp moet garanderen om een humanitaire catastrofe te voorkomen, en het belang moet benadrukken van de oprichting van een Palestijnse staat en de implementatie van internationale juridische resoluties.

Ondertussen veroordeelde de secretaris-generaal van de Organisatie voor Islamitische Samenwerking (OIC), Hissein Brahim Taha, in de krachtigste bewoordingen het gruwelijke bloedbad dat Israël op dinsdag heeft veroorzaakt door het Al Ahli Baptist Hospital in de Gazastrook te bombarderen.

Bij de bombardementen kwamen honderden Palestijnen om en raakten velen gewond, waaronder vrouwen en kinderen.

Taha bestempelde de aanval als een oorlogsmisdaad, een misdaad tegen de menselijkheid en als georganiseerd staatsterrorisme dat verantwoording verdient.

De secretaris-generaal hield Israël verantwoordelijk voor de gevolgen van zijn misdaden, praktijken en brute aanvallen op het Palestijnse volk, die in tegenspraak zijn met alle menselijke waarden en een flagrante schending van het internationaal humanitair recht vormen.

Hij herhaalde zijn oproep aan de internationale gemeenschap, met name aan de VN-Veiligheidsraad, om dringend in te grijpen om de oorlogsmisdaden begaan door Israël in Gaza te stoppen en internationale bescherming te bieden aan het Palestijnse volk.

Taha sprak ook zijn volledige solidariteit uit met het Palestijnse volk en onwrikbare steun voor hun rechtvaardige strijd om hun recht op zelfbeschikking en de oprichting van hun soevereine, onafhankelijke staat te verwezenlijken.

Hij benadrukte de noodzaak van gezamenlijke inspanningen om de ongekende Israëlische agressie een halt toe te roepen en de opening van humanitaire corridors te verzekeren om de toegang tot medicijnen, voedselvoorraden en basisbehoeften voor Gaza te vergemakkelijken.

Taha legde uit dat de OIC bij meerdere gelegenheden had gewaarschuwd voor de gevaren van de aanhoudende openlijke oorlog tegen het Palestijnse volk, en merkte op dat dergelijke gebeurtenissen niet zouden blijven bestaan als er een juridisch en politiek afschrikmiddel op het internationale toneel zou zijn, evenals respect voor het internationaal recht.

Suriname is ook lid van de Organisatie voor Islamitische Samenwerking (OIC)

error: Kopiëren mag niet!