Het moge zeker duidelijk zijn, dat de VES en de Suriname Economic Oversight Board (SEOB) deze dagen zeker zorgen voor een feest onder de Surinamers die cijfers begrijpen en waarderen en de economie volgen. Deze twee organisaties komen maandelijks uit met bulletins met zeer gedetailleerde informatie over de Surinaamse economie. De informatie is accuraat en betrouwbaar, omdat het cijfers zijn die geplukt zijn van de bronnen van de overheid zelf. Daarom hebben wij nooit een kritiek gehoord van de minister van Financiën of van de regering.
Opvallend is ook dat zo nu en dan ook mythes die in zwang zijn in Suriname de wereld uit worden geholpen. Zo heeft de VES in zijn laatste publicatie de mythe over de lege staatskas ontkracht. En we willen graag de VES hierbij citeren. Een staatskas is volgens de VES nooit “leeg” en ook nooit “vol”. Wij voelen de VES aan en daarom zult u ons ook nooit erop betrappen dat we hier het hebben gehad over een volle of een lege staatskas. “Moni No De” moet niet letterlijk worden genomen, zegt de VES. Er is een continue stroom van inkomsten in de Staatskas uit directe belastingen en indirecte belasting en ook uit de niet-belasting middelen. Er komt dagelijks, zelfs op zondag, geld binnen. Wat wordt bedoeld is dat deze niet voldoende zijn om alle voorgenomen (al dan niet exorbitante) verplichtingen te kunnen betalen, dus op dat betreffende moment waarop men verantwoordelijk wordt voor de betalingen.
De VES vindt wel dat op 16 juli 2022 duidelijk de middelen niet voldoende waren om de dringende betaalverplichtingen te kunnen uitvoeren. Wij concluderen dus dat het volk moet begrijpen dat wanneer politici het populistisch hebben over een lege staatskas, men bedoelt dat er niet voldoende middelen zijn om aan alle betaalverplichtingen te voldoen. Het verhaal van de lege staatskas is gericht tegen de eenvoudige minder geschoolde burger die geen verstand heeft wat een staatskas is en misschien denkt aan een grote koffer met al het geld van Suriname erin. Dat is immers eenvoudig voor te stellen, omdat men thuis ook in een portemonnee of in een box geld bewaart. En die zijn wel eens letterlijk leeg, maar het inkomen van een mens en van een land als Suriname verschilt.
We hebben ons hier verder enkele dagen terug de vraag gesteld, naar aanleiding van enkele opmerkingen gemaakt door de BIBIS-minister over de staatsschuld tegenover de pers, waarom de Surinaamse regering zo slecht is om het goede nieuws van de gedaalde schuldenlast, niet breed uit te meten. Nu blijkt, uit de verduidelijking van de VES in haar laatste bulletin, dat de gedaalde schuldenlast veel genuanceerder moet worden gebracht. Het gaat in principe niet echt om een schuld afname. Vandaar dat de regering wellicht deze cijfers niet wil presenteren als een verworvenheid. Uit het VES bulletin blijkt, dat de mededeling van de president dat de overgenomen schuld van circa 4 miljard afgenomen is naar 3.1 miljard USD, niet op waarheid berust. De buitenlandse schuld bedroeg per 1 juli 2020 US$ 2.028 miljoen. Deze blijkt per 31 juli 2023 te zijn toegenomen tot US$ 2508 miljoen, een stijging van US$ 480 miljoen. Dat geven de cijfers van het Bureau Staatsschuld aan.
De binnenlandse schuld bedroeg op 1 juli 2020 SRD 13 miljard. Deze blijkt per 31 juli 2023 te zijn toegenomen tot SRD 27 miljard, een toename met SRD 14 miljard, aldus de VES. De forse stijging van de binnenlandse schuld komt voor een deel door de nieuwe leningen genomen door deze regering en wel SRD 6 miljard. De rest (SRD 8 miljard) komt door de devaluatie van de SRD, aangezien een deel van de binnenlandse schuld ook in buitenlandse valuta is aangegaan.
Wanneer de koers stijgt dan stijgt ook de nominale omvang van de schuld in SRD. Maar er zijn wel degelijk leningen aangegaan binnenlands voor SRD 6 miljard, tegen de huidige koers is dat omgerekend circa USD 150 miljoen. Wij maken deze omzetting, maar volgens de VES is dat niet geheel correct. De totale schuld wordt door het Bureau Staatsschuld op de wettelijk aangewezen wijze opgeteld in SRD. Dit bedraagt SRD 125 miljard per juli 2023 en vertoont een meer dan verviervoudiging. De VES stelt terecht dat alhoewel de schuld uit de nationale begroting in SRD moet worden terugbetaald, dit de vergelijking in de tijd onmogelijk maakt, door de geldontwaarding, Anderzijds is het uitdrukken van de totale schuld in US-dollars ook niet helemaal correct en geeft ook geen goed beeld. We citeren: samengeteld bedroeg de schuld rond de machtsovername, bij een koers van SRD 7.52 voor de dollar, per 1 juli 2020 US$ 3.757 miljoen. Per 31 juli 2023, bij een koers van SRD 38.80, bedroeg de totale schuld US$ 3.204.
En dan komt de VES met een heel belangrijke conclusie waarin we ons kunnen vinden. Deze schijnbare daling van de schuld komt doordat de fors gestegen SRD-schuld, wanneer het wordt uitgedrukt in duurdere US dollars tegen de verhoogde koers, significant is gedaald. De afname is derhalve geen demonstratie van prudent monetair en fiscaal beleid maar het resultaat van de door uit de hand gelopen devaluatie. Volgens de VES komt dit door ondeugdelijk monetair beleid. Daarom dienen voor een correct beeld de binnenlandse en de buitenlandse schuld separaat te worden beoordeeld.