Manodj B., de man die wordt verdacht van de dood van de Surinaamse studente Sumanta Bansi (22) in Hoorn in 2018, hoort vandaag welke straf het gerechtshof van Amsterdam voor hem heeft bepaald.
In juli eiste het Openbaar Ministerie (OM) een gevangenisstraf van vijftien jaar voor doodslag. Ondanks afgeluisterde gesprekken waarin hij sprak over ‘dwars door het hart’ en wisselende verklaringen, kon moord volgens het OM niet worden bewezen.
Een jaar geleden legde de rechtbank van Alkmaar hem al een straf van vijftien jaar op, maar B., die tot dan toe altijd had ontkend, ging in beroep. Twee maanden na die veroordeling bekende hij toch dat hij Sumanta om het leven had gebracht en wees hij de plek aan waar haar stoffelijke resten lagen.
Hij beweerde dat het handelen uit zelfverdediging was vanwege een ruzie, waarbij Sumanta voor de tweede keer zwanger was van Manodj, wat voor spanningen binnen het gezin zorgde. Tijdens de zittingen beweerde hij ook dat Sumanta geld had gestolen en dat de ruzie daarover ging. Hij beweerde dat Sumanta een mes pakte en dat hij haar neerstak toen hij probeerde het mes af te pakken.
De ouders van Sumanta, die uit Suriname waren overgevlogen, geloofden niets van dit verhaal en beschuldigden B. emotioneel van de moord op hun dochter en ongeboren kleinkind. Of het Hof tot dezelfde conclusie komt over het bewijs voor moord wordt vanaf 13.00 uur duidelijk.
Cruciaal zal de visie van het Hof op de locatiegegevens van B.’s telefoon zijn. Die gegevens tonen aan dat zijn telefoon de dagen voorafgaand aan Sumanta’s dood vaker in de buurt van de vindplaats van het lichaam was, wat zou kunnen wijzen op voorbedachten rade en dus moord in plaats van doodslag.
De ouders van Sumanta zullen de uitspraak via een videoverbinding vanuit Suriname volgen.