De tragiek van Suriname 4

Het gerommel met grond

Als u om u heen kijkt, alles wat u ziet, alles wat u kunt kopen in de supermarkt, alle goederen in de mensenmaatschappij, zijn met uitzondering van de kleine hoeveelheid goederen geproduceerd op eigen bodem, allemaal import. En allemaal zijn het product van de intellectuele capaciteiten van ingenieurs en ze zijn geproduceerd in fabrieken niet op grond in grondhuur, maar in particulier privaatrechtelijke eigendom. In het rijke Westen, West-Europa, Zuid-Amerika en Noord-Amerika, is behoudens domein grond de meerderheid van de grond dat is meer dan 60%, privaat bezit. Zelfs bossen en natuurgebieden zijn privaat eigendom. Men kent geen grondhuur en nog meer van dat soort rommeltitels op grond. In Afrika is minder dan 5% van de grond privaat eigendom. Dan hoef ik u niet meer te vertellen dat Afrika nooit ontwikkeld gaat worden.

Kiesstelsel, het bestuurssysteem, en de wet op domeingrond zijn de diverse molen stenen om de nek van Suriname die sociaaleconomische ontwikkeling onmogelijk maken. Het zijn ideologische producten uit het brein van creoolse nationalisten die tribaal denken. Kijk naar de aardbol dan zult u zien dat alle plekken waar er sprake is van burgeroorlog en van honger en alle ellende, dat het allemaal gebieden zijn waar mensen nog in stamverband wonen en leven.

West-Europa en later Noord-Amerika, zijn niet ontwikkeld geworden door koloniale uitbuiting alleen, maar door vooral een betere organisatie van de samenleving. Met de vestiging van de natiestaat werd een einde gemaakt aan dat stammen gedoe. Binnen een natiestaat heb je grote verscheidenheid aan culturen en volken. Tegenwoordig heb je alleen in grote landen als Frankrijk en Duitsland en het Verenigd Koninkrijk nog gebieden waar stam gevoeligheden nog heersen. Voor de rest is men een volk.

In Suriname is het probleem dat een groot deel van de bevolking nog tribaal is in denken en doen. En dat leidt tot etnische afgunst voor wat betreft economische capaciteiten. Voor de marrons is het probleem dat de kustvlakte grotendeels al bezet is. Ze moeten kiezen tussen modernisering en zich vestigen in de kustvlakte of vasthouden aan hun tribale principes en zich blijvend vestigen in het binnenland. Wie echter denkt te kunnen overleven in tribale verbanden die maakt een grote fout. Het is jammer dat beleidsmakers hun niet erop wijzen dat het vragen om rechten op tribale gronden hun in de toekomst alleen maar problemen gaat geven vanwege de extreme omstandigheden welke het klimaat met zich zal meebrengen. Omstandigheden waartegen zij zich niet zullen kunnen wapenen.

De kwestie van verlopen erfrecht en nieuwe aanvragen voor hetzelfde perceel

De minister van grondzaken interpreteert de wet op domeingrond letterlijk zonder te letten op de praktijk van de toepassing gedurende de afgelopen 40 jaar. En die praktijk is er een van dat het ministerie van grondzaken niet nauwgezet let op het verlopen van de rechten op percelen. Omdat zulks ondoenlijk is zonder een verregaande automatisering. Aan de andere kant speelt ook de rechten van de mensen die het decennialang bewerken en bewonen. En grond is van diegenen die het bewerken is een fundamenteel uitgangspunt van de wet op grond huur. Dezelfde argumenten waarmee de tribalen hun rechten op gronden in het binnenland bepleiten, dezelfde rechten gelden ook voor de mensen in de kustvlakte. De gevestigde praktijk van de toepassing van de wet is ook onderdeel van de wet geworden.

Aan de andere kant hoe weet een willekeurige marron dat het recht op erfpacht van een perceel op het punt staat te vervallen. Het is een koud kunstje om een aanvraag op dat betreffen perceel te anti dateren en in te dienen. Dus de persoon van de nieuwe aanvraag op het perceel kan alleen zo’n aanvraag opgemaakt hebben op instigatie van binnen uit het ministerie. En dat is een kwalijke zaak.

Echter de minister kan niet voorbijgaan aan de rechtspraktijk en de rechten van de mensen die het perceel al decennialang bewonen en bebouwen. Elk perceel raakt binnen enkele maanden overwoekerd in de tropen. Als mijn tuinman te laat is dan dreig ik ook geconfronteerd te worden met overwoekering.

Wat de minister parten speelt is haar geringe invoelingsvermogen wat logisch is gezien haar tribale afkomst. Derhalve interpreteert zij de wet letterlijk. Wat niet in haar bewustzijn is bestaat niet voor haar. En het bewustzijn van een tribaal persoon is anders dan die van iemand uit de moderne samenleving simpelweg omdat laatstgenoemde meer praktijkervaringen van samenlevingsvormen in hun DNA hebben. In het DNA zijn opgetekend de ervaringen uit de neolithische evolutie, het stammentijdperk, de middeleeuwen, het vroeg industriële tijdperk, en de moderniteit. Nochtans is de minister niet te verkwalijken. Schuldig zijn zij die het ministerie van grondzaken aan ABOP hebben gegeven. Tot slot als ik het voor het voor het zeggen had, dan zou ik alle grond voor bewoning en bebouwing in privaatrechtelijke eigendom uitgeven. Waarom zijn alle plantages in privaatrechtelijke eigendom uitgegeven.

Richard B Kalloe

error: Kopiëren mag niet!