De rechter in Nederland heeft paal en perk willen stellen aan de grondhandel in Nederland. Daarvan zouden goedgelovige kopers van landbouwgrond het slachtoffer zijn. Grondhandel, de verkoop van stukjes landbouwgrond aan particulieren als investering, is zo risicovol dat dit onder het toezicht van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) zou moeten komen. Dit bepaalde de rechter in een wat heet ‘baanbrekend vonnis’. Zo een autoriteit of controleorgaan voor verkoop van grond bestaat in Suriname niet. Er was een Kort Geding aanhangig gemaakt tegen een grondhandelaar door een koper van landbouwgrond bij de rechtbank Noord-Holland. De grondhandelaar bediende zich bovendien van ‘peptalk’ en ‘misleidende suggesties’. De rechter plaatst in het vonnis grote vraagtekens bij speculatieve grondhandel. Particulieren worden hierbij overgehaald om een stukje landbouwgrond te kopen in de hoop op waardestijging.
Deze uitspraak, wordt beweerd, kan positieve gevolgen hebben voor andere gedupeerden van grondhandel, vooral als zij de grond al wel hebben gekocht maar de akten nog niet gepasseerd zijn bij de notaris. Voor grondhandelaren betekent dit het einde van hun verdienmodel. Voorheen oordeelden rechters dat de kopers zelf beter hadden moeten opletten. De rechter wees in het vonnis op een recente brief van de Tweede Kamer waarin nader onderzoek en mogelijke regelgeving wordt aangekondigd die grondhandel moet reguleren.
Grondhandel moet in Suriname ook worden gereguleerd. De Tweede Kamer heeft eerder al opgeroepen om het opknippen van weilanden door grondhandelaren te verbieden. Dit opknippen van domeingrond uitgegeven voor landbouwdoeleinden vindt op regelmatige basis plaats voor Suriname voor commerciële doeleinden en het ministerie van Grondzaken keurt deze verkopen oftewel overdrachten goed. Het verschil tussen Nederland en Suriname zit hem wellicht hierin, dat het in Suriname aan verkopers van landbouwgrond wel lukt om een bestemmingswijziging gedaan te krijgen bij het ministerie van Grondzaken, maar dat gebeurt in Nederland niet zo gemakkelijk. Kopers van landbouwgrond die in principe omgezet moet worden voor bebouwing en bewoning zitten dan om een bestemmingswijziging te wachten. In Nederland zouden de afgelopen jaren als investering een lapje landbouwgrond hebben gekocht, tegen grote bedragen. De verkopers, grondhandelaren, verkochten de percelen met een wervend verhaal dat de grond veel meer waard wordt als er woningbouw wordt toegestaan. Maar op de 17.000 percelen in Nederland die onder dit mom verkocht zijn, is nog nergens woningbouw gerealiseerd. Het systeem, ministeries, zijn dus niet met corruptieve zaken bezig in Nederland.
In Suriname is er ook sprake van dubieuze grondhandel. De slachtoffers zijn de arme sloebers, de massa, die bijna een moord moeten begaan om een perceel te kunnen kopen voor een huis. Het dubieuze zit hem hierin ten eerste, dat mensen gratis domeingrond krijgen van de Staat en deze dan verkavelen en dan voor miljoenen Euro’s samen doorverkopen aan arme burgers die weg willen uit het ouderlijke huis waar men met 3 generaties en grote groepen mensen samenwoont. Mensen nemen leningen en een hypotheek en betalen deze tientallen jaren af. Ten tweede is het dubieuze hierin dat mensen die eigenaar zijn van eigendomsgrond deze in valuta verkopen. Dat is grond die onbereikbaar is voor degenen die grond dringend nodig hebben om een huis op te zetten. De politieke lobby van de grondhandelaren is honderdvoudig sterker dan de stem van de kopers, de massa dus het volk.
In DNA wordt er niet opgekomen tegen verkoop van dure grond. Surinamers moeten hun ziel verkopen soms om aan een stuk domeingrond te komen. Ook voor de mensen met een goede opleiding is grond onbereikbaar. Er zijn geen maatregelen van de regering tegen deze uitbuiting van de arme burgers van Suriname. Een andere zaak is de huishuur in Suriname. Mensen zitten in Suriname echt met huisproblemen en moeten meerdere keren verhuizen. Huizen worden in valuta aangeprezen en huisbazen eisen betaling in valuta. De huiseigenaren die Surinamers uitbuiten zitten in Nederland en in Suriname. Wij vinden dat er wettelijke maatregelen tegen al deze zaken moeten worden getroffen. Verkoop van grond in valuta moet verboden worden. Ook moet er een maximum komen op de prijs van grond en op de huur van huizen. Deze maxima moeten bij wetgeving worden geregeld. Het verkopen van grond of verhuren van huizen hoger dan de maxima moet strafbaar worden gesteld. Wij vonden dat de Valutawet op dit stuk wel paal en perk heeft willen stellen. Er was kritiek op deze wet en dat kwam door de lobby van de grond- en huisbezitters.
Degenen die tegen de Valutawet hebben gestreden, die hebben de belangen gediend van het kapitaal en niet van de massa die op hen had gestemd. Het was een grove vorm van verraad. De Valutawet is naar de rechter gebracht en die is buiten werking gesteld. Zo ziet u welke partijen voor het kapitaal gaan en welke voor de massa zijn.
Ter conclusie was bij de Valutawet verboden om betalingen in Suriname te doen in vreemde valuta ook voor grond en huishuur. Ook grondverkoop- en huishuurovereenkomsten in valuta waren in de Valutawet verboden en zijn ze nietig indien gesloten. Ook het adverteren om grond te verkopen en huishuur in valuta was verboden. Deze maatregelen zijn noodzakelijk in Suriname als het belang van de massa die gebukt gaat onder armoede en het land aan het verlaten is, hoog in het vaandel is van de regering. In indruk is moeilijk te aanschouwen, integendeel.