President Chandrikapersad Santokhi heeft nog steeds hoop dat het al jaren durende afvalprobleem kan worden opgelost. Hij heeft nu op 8 augustus een team verantwoordelijk gesteld, dat concrete voorstellen moet ontwikkelen om de afvalproblematiek in het land aan te pakken.
“Ons land heeft een duurzaam afvalbeheer systeem nodig. Dit past perfect binnen ons streven naar groene en duurzame ontwikkeling. Ik vraag iedereen om samen te werken aan dit belangrijke doel.”
Zijn optimisme is toe te juichen, maar als de president werkelijk denkt dat een ’team’ met voorstellen komt om de afvalproblematiek aan te pakken, dan leeft hij in een droom.
Het gooien van petflessen, lege portiebakjes en ander vuil moet tot het verleden gaan behoren. Ook de wijze waarop wij nu ons afval beheren, moet veranderen. Het is niet duurzaam en als land willen we gaan naar ‘Zero Waste’. Woorden van de president op zijn Facebook-pagina.
“De beelden van straten en woningen die onder water lopen na hevige regenbuien zijn nog vers in ons geheugen. Al het vuil op straat zorgt voor verstopte rioleringen en vervuilde kanalen met alle gevolgen van dien. Met klimaatverandering zal het meer gaan regenen en we moeten nu ervoor zorgen dat het afvalprobleem aangepakt wordt”, aldus de president.
Zoals hiervoor al gesteld, de president leeft in een droom als hij werkelijk denkt dat het afvalprobleem kan worden opgelost. Dat probleem kan vooral tot het verleden gaan behoren, wanneer de mentaliteit van het volk verandert. Geen enkel team, geen enkele presidentiële commissie, kan die mentaliteit ombuigen. Van handhaving is nauwelijks sprake. Vervuilers worden niet tot nauwelijks aangesproken op hun asociaal dumpgedrag, laat staan beboet.
Laat de president beginnen met een forse uitbreiding van de Milieupolitie, voor zover die er überhaupt nog is. Vervuilers dienen meteen beboet te worden zodra wordt geconstateerd wanneer iemand ergens een petfles of portiebakje van zich af gooit. Laat de dumpers het in hun portemonnee voelen.
Vooralsnog lijkt het afvalprobleem – dat wil zeggen het dumpen van afval door burgers overal en nergens – niet op te lossen. De vervuilers moeten gewoon daar waar mogelijk hard worden aangepakt, zwaar worden beboet.
Maar, de overheid moet er wel voor zorgen dat er voldoende afvalbakken zijn in bijvoorbeeld Paramaribo en dat die op tijd worden geleegd. Het is velen een doorn in het oog: de overvolle afvalbakken in het centrum van de stad. De troep overal op de grond. Ook een mentaliteitsverandering bij de overheid op dat terrein zou aan te bevelen zijn.
PK
