In de media is een bericht verschenen van een ‘historische intentieovereenkomst’ tussen de vakcentrale C-47 en de Greenheart Group Werknemersorganisatie aan de ene kant en de dorpsbesturen van West Suriname. Het doet goed om zo te zien, dat er ook dorpsbesturen zijn die bereid zijn om te werken aan het algemeen belang van hun dorpen en niet alleen dat ze meedoen aan zakkenvullerij.
Er is een heleboel te doen geweest rond een arbeidsgeschil tussen het houtbedrijf die Aziatische eigenaren heeft en de werknemers die afkomstig zijn uit een inheems gebied. Bedrijven moeten in Suriname beseffen dat ze in activiteiten in inheemse gebieden extra voorzichtig moeten zijn. In de inheemse gebieden is het namelijk heel gemakkelijk om werknemers uit te buiten. Werkgevers moeten waakzaam zijn dat ze niet in de verleiding komen om arbeiders uit te buiten. Het is gemakkelijker om mensen uit deze gebieden uit te buiten vanwege de geringe scholing en onwetendheid met de sluwe methodieken van stedelingen en multinationals. Er zijn internationale verdragen die speciaal zijn gemaakt om bewoners van inheemse gebieden te beschermen. Een van deze regels is dat de regeringen speciale regels moeten maken om te voorkomen dat stedelingen en multinationals misbruik maken van het gebrek aan wetskennis bij de gemeenschappen en van het maatschappelijke handelsverkeer, door voor hen nadelige deals met ze te sluiten. De vraag rijst dan hoe deze gemeenschappen beschermd kunnen worden, omdat de leden van de gemeenschappen ook burgers zijn en zijn ze in principe vrij om elke overeenkomst te sluiten.
We hebben laatst vernomen dat er dorpsbesturen zijn die allerlei concessies doen aan malafide ondernemers nog steeds in ruil voor spiegeltjes en kralen. Een manier van het beschermen van de gemeenschappen zou kunnen zijn de instelling van een Juridische Raad Overeenkomsten Inheemse en Tribale Volken, die geplaatst kan worden onder de minister van JusPol en/of ROM. Alle overeenkomsten, van concessies tot arbeidsovereenkomsten, worden door deze raad gescreend voordat ze in werking treden en juridische kracht krijgen. In Suriname is het zo, dat malafide ondernemers vrij spel krijgen en losgelaten worden op de dorpen en gemeenschappen in het binnenland. Met het risico dat deze malafide ondernemers de gemeenschappen en hun traditioneel bedonderen en/of dat ze hun corrumperen.
We hebben recent gezien de zogenaamde loterijen wat het topje van de ijsberg is van de verfoeilijke corrumpering van het traditioneel gezag, en het is verwerpelijk dat nota bene een vp van een land hieraan betrokken is.
We hebben in de afgelopen periode veel gelezen over de perikelen bij de Greenheart. Het bedrijf is zelfs veroordeeld door de rechter. We hopen dat het bedrijf inmiddels wel zover is gekomen, dat men alle wetten en rechterlijke vonnissen van Suriname heeft geaccepteerd.
Nu is er een overeenkomst tussen een vakcentrale en bond en de dorpsbesturen van Apoera, Section en Washabo. We waren enthousiaster geweest als we hadden gehoord dat er een collectieve arbeidsovereenkomst was tussen het bedrijf en de bond aldaar, want het is daar waar we naar uitkijken. De cao is namelijk de belangrijkste overeenkomst wanneer het gaat om vakbonden.
Nu zien we voor het eerst een overeenkomst tussen een bond en de gemeenschappen waarvan de werknemers komen en de vraag rijst hoe zo een overeenkomst voordelen zal opleveren voor de werknemers. Dat er een overeenkomst is, is wel goed, want we zagen dat door acties en handelingen van het bedrijf, op gegeven moment de bewoners van de inheemse dorpen verdeeld waren. Er was als het ware tweedracht ontstaan en gezaaid, waardoor er een spanning in de dorpen was gecreëerd. Zo een situatie creëren in inheemse gemeenschappen is zeer verwerpelijk, omdat het weleens kan leiden tot gewapende conflicten en kleine (‘koude’) oorlogen. Dat is een zeer verwerpelijke en verfoeilijke zaak geweest voor het geval dat wel zo is geweest.
De vakcentrale C-47 heeft aangegeven dat de directe aanleiding van de overeenkomst is de wijze waarop de leiding van het bedrijf omgaat met de belangen van de werknemers die voor het grootste deel de inwoners zijn van genoemde dorpen. De grootste vestiging van dit bedrijf ligt te Apoera. Daarnaast zijn vele van de inwoners op andere locaties van de Greenheart Group, zoals Tibiti en Leiding, ook inwoners van deze dorpen.
Het is allemaal een zeer schandelijke zaak dat deze zaak van een bedrijf dat de wetten en vonnissen van Suriname niet accepteert en de tradities en gebruiken in Suriname aan zijn laars lapt, in 2023 nog niet voorbij is. Het meest opvallend is dat de Surinaamse regeringen niets hebben kunnen of willen doen tegen dit bedrijf. Dit is weer dan weer een voorbeeld hoever de lijnen lopen van bedrijven en hoe ze onder alle omstandigheden bescherming vinden van regeringen. Het een en ander heeft uiteraard te maken met corruptie aan de ene kant en aan de andere kant niet slagvaardige regeringen.
In een bericht in de krant is de problematiek geschetst. Zo worden werknemers aan de lopende band onterechte schorsingen opgelegd. Een deel van deze schorsingen zou in behandeling zijn bij de Arbeidsinspectie. Daarnaast vindt er op ongebreidelde wijze overplaatsing van werknemers naar andere Greenheart locaties plaatst zonder rekening te houden met zaken zoals de impact op het gezinsleven van de werknemers. En daar zie je dan weer een compleet negeren van de tradities en gebruiken en gezinssituaties door het bedrijf.
De werknemers worden niet als mensen behandeld omdat ze inheemsen zijn. Dit is een pure vorm van discriminatie en racisme. Overigens moeten we stellen dat het wel een zwakte toont van de vakbeweging aldaar dat ondanks jarenlange pogingen, men het bedrijf niet tot een cao heeft kunnen krijgen. Waarom zou overigens een bedrijf weigeren om een cao met een vakbond te sluiten? Het recht om een cao te sluiten is een fundamenteel recht van werkende mensen. Het is een schandelijke zaak hoe de vakbond als een roepende in de woestijn een strijd aan het strijden is die verloren lijkt.
Deze zaak is een voorbeeld hoe bedrijven in Suriname ongestraft hun gang kunnen gaan en dat ze niet schromen in zelfs kwetsbare inheemse gemeenschappen en hoe ze daarvoor handlangers onder de Surinamers kunnen vinden.