Ambassadeurs Latijns-Amerika bezoeken haven Rotterdam: ‘Belangrijke toegangshaven, helaas ook voor cocaïne’

Ondermijning, excessief geweld en recentelijk nog een reeks aan ontploffingen. Allemaal zijn het nare bijeffecten van internationale drugshandel. Die handel begint in veel gevallen bij drugstransporten tussen Latijns-Amerikaanse landen en de Rotterdamse haven. Tijdens een werkbezoek kijken Nederlandse ambassadeurs die gestationeerd zijn in die landen achter de schermen bij de haven. In het kader van International Day Against Drug Abuse and Illicit Trafficking, vertellen ze over wat ze zagen, zo bericht het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken.

Colombia, Argentinië, Costa Rica, Peru, Suriname en Panama. Het zijn landen waar drugstransporten, net als in Nederland, voor grote problemen zorgen. Toch is de problematiek in elk van die landen verschillend, vertellen de ambassadeurs. 

  • De redactie van Dagblad Suriname beperkt zich tot de Nederlandse ambassadeurs in Colombia en Suriname. De ambassadeur voor Nederland in Colombia, Ernst Noorman, was overigens van 2013-2017 ambassadeur in Suriname. Van 2018-2020 was zijn standplaats Kaboel Afghanistan.

Ernst Noorman, sinds 2020 ambassadeur in Colombia

Vanuit Bogota heeft Noorman veel te maken met internationale drugsproblematiek. ‘Het thema is natuurlijk zeer actueel in Colombia zelf, maar ook in de samenwerking tussen Nederland en Colombia. 60% van alle cocaïne wereldwijd wordt in Colombia geproduceerd, en komt vervolgens via de havens van bijvoorbeeld Paraguay en Ecuador in Europa terecht’, zegt hij.

Noorman gaat verder: ‘Aan Europese zijde heeft Rotterdam de twijfelachtige eer de belangrijkste toegangshaven voor Colombiaanse cocaïne te zijn.’ Toch wil hij dat ook wel enigszins nuanceren. ‘Dat is een direct gevolg van de handelsbetrekkingen tussen beide landen. Rotterdam is voor Colombia de belangrijkste toegangshaven voor álle producten. Daar hoort cocaïne helaas ook bij.’

Zowel aan Nederlandse als aan Colombiaanse zijde wordt stevig ingezet op het aanpakken van de drugshandel, weet de ambassadeur uit ervaring. ‘De samenwerking is intensief. We hebben op de ambassade verschillende politiemensen zitten, die samenwerken met hun Colombiaanse collega’s.’ Daarbij gaat het vooral om het aanpakken van georganiseerde ondermijnende criminaliteit, legt hij uit. ‘We kijken naar elkaars beleid en stellen ons de vraag hoe we dat beleid kunnen bijsturen, zodat uiteindelijk het risico op ondermijning als gevolg van cocaïne uit Colombia in Nederland verminderd wordt.’

  • Op onderstaande foto’s links Henk van der Zwan en rechts Ernst Noorman.

Henk van der Zwan, sinds 2020 ambassadeur in Suriname

‘Suriname is in allerlei opzichten nauw verbonden met Nederland.’ Aan het woord is ambassadeur Henk van der Zwan. ‘Helaas uit die verbondenheid zich soms ook op manieren die we niet graag zien’, doelt hij op de aanvoer van drugs naar Europa vanuit Paramaribo.  

Daarbij vraagt hij nadrukkelijk aandacht voor de problematiek aan Surinaamse zijde. ‘Het is hier een groot probleem, omdat het corruptie in de hand werkt. Bijvoorbeeld bij politiediensten, havendiensten en de douane. Die organisaties zijn geïnfiltreerd door drugscriminelen.’

Nederland probeert Suriname te helpen dat aan te pakken, vertelt Van der Zwan. ‘Al in een eerder stadium heeft Suriname in Nederland getrainde drugshonden gebruikt, en met succes. Die honden zijn toen vooral ingezet op luchthavens, om de problematiek met bolletjesslikkers aan te pakken. Dat is op Schiphol nu nagenoeg uitgebannen, maar je ziet dat het probleem zich gewoon verplaatst. Naar de havens, maar ook naar buurlanden van Suriname.’ Hij sluit af: ‘Je moet dus het hele speelveld bestrijken, en daarom is het zo belangrijk dat politie en douane hier goed worden getraind.’

error: Kopiëren mag niet!