Goudconcessies

Suriname is rijk aan grondstoffen. De realiteit laat echter zien dat het gros van ons goud en hout in handen is van mensen die eens de macht in handen hadden. Deze machthebbers hebben er flink aan verdiend. Hoewel deze mensen weten dat de natuurlijke hulpbronnen dienen om land en volk mee op te bouwen, houden ze het stevig in eigen handen en blijven ze zich er gewetenloos mee verrijken. De hamvraag is hoe komen deze mensen aan de goud -en houtconcessies?

Onze natuurlijke hulpbronnen zijn een zegen voor het land, daar land en volk ermee kunnen worden opgebouwd. Dit kan echter alleen worden waargemaakt als het land in handen is van integere leiders. Suriname had echter pech, onze leiders hielden meer van zichzelf dan van het land.                                                                                                                         

Van de Chinezen zijn we gewend dat ze overal zijn waar er iets te halen valt. Dus waren het eerst de Chinezen die hierheen kwamen om het goud weg te dragen en zijn het nog steeds de Chinezen die blijven proberen om aan nog meer goud concessies te komen. De mensen die de leiding hadden over ons land, ontdekten al snel dat er rijke bronnen lagen en waar. Ze hebben zich toen concessies over die gebieden toegeëigend. Het gevolg hiervan was dat niet het land maar particulieren profiteerden van deze bronnen.

Het hek was van de dam. Er aasden steeds meer mensen op het goud. Plots laaide de grondkwestie weer op. Het draaide echter niet om grondaanvraag om te bouwen of planten, maar om grond waar er goud te halen viel. Familie en vrienden van leiders, granmans, kortom velen probeerden grond op naam te krijgen. Zolang al deze mensen zich blijven verrijken met de inkomstenbronnen van het land, zal Suriname er niet van kunnen profiteren en dus niet tot ontwikkeling komen. Het geld dat moet worden gebruikt om land en volk op te bouwen, verdwijnt in particuliere zakken. Het zal me niet verbazen als we met hout en olie dezelfde weg opgaan. Individuen pakken bewust het land zijn verdiensten af.

Eigenlijk hebben deze mensen niets verkeerd gedaan. Elke Surinamer die een stukje grond aanvraagt, kan het toegewezen krijgen. Zo hebben deze mannen zichzelf legaal bepaalde gronden toegewezen en concessies erover gekregen. Alleen wisten deze mannen van te voren waar precies de rijkdommen lagen, dus konden ze hun aanvraag gericht doen. Het enige dat ze valt te verwijten is, dat ze gewetenloos kunnen toekijken hoe de vooruitgang van het land stagneert en hoe het arme volk pinaart, terwijl zij als individu profiteren. Hebzucht heeft ze in de greep. Ze willen niet delen, het welzijn van de Surinamer interesseert ze niet. 

Dezelfde goudkoorts die jaren geleden in Amerika plaatsvond, is nu losgebarsten in Suriname. Iedereen wil zich verrijken met goud. Er komen nu zelfs vele mensen uit verschillende buurlanden die zich illegaal komen verrijken met ons goud, kwikvergiftiging veroorzaken en zich niet bekommeren om de gezondheid van het Surinaamse volk.

In Suriname waren en zijn machtsstructuren aan het werk. Dit aanpakken, is moeilijk, omdat juist de mensen die eraan verdienen in de top zitten en dus legaal optreden tegenhouden. Het is vechten tegen de bierkaai.                                                         

In Indonesië zijn nu de gevolgen van de jarenlange kwikvergiftiging zichtbaar geworden, mensen worden ziek en er worden mismaakte baby’s geboren.

Suriname trekt hier geen lering uit. Men gaat maar door met de kwikvergiftiging. Pas als hier ook de gevolgen zichtbaar worden, zal men er misschien mee stoppen. Maar, dan is het te laat. Dan zijn er al vele zieke baby’s geboren, die medische verzorging nodig hebben maar die het land ze niet kan bieden.                                                            

Terecht rijzen er vele vragen.                                                                                                         

– Wie controleert de Surinaamse goudhandel?                                                             

– Hoeveel mensen in de top bezitten goudconcessies?                                                                         – Hoe kreeg men de concessie Benzdorp in handen?                                                              

– Hoe kon een overheid toekijken hoe een man het waardevolle, beschermde natuurpark Brownsberg vernielde?  Hij werd opgepakt, maar de zaak werd in de doofpot gestopt.                     – Wie verdient het meest aan de goudconcessies?                                 

De top tien lijst met de namen van de mensen die de goudconcessie bezitten is bekend. Om de privacy te respecteren, zal ik ze hier niet bij naam noemen. Wel kan worden medegedeeld dat het gaat om vier Chinezen, een Javaan, een blanke en vier creolen, waaronder een vrouw. Deze Surinamers beweren van hun land te houden, terwijl zij slechts op eigenbelang uit zijn. Zelfs belasting over de verdiensten, wordt niet betaald. 

De kwade wortel hier is hebzucht. Omdat men heel gemakkelijk aan waardevolle grond is gekomen, zal men op dezelfde voet blijven doorgaan. Als iemand verdient aan één goudconcessie, valt daar nog begrip voor op te brengen. Maar de mensen hebben twee tot tien goudconcessies in handen en dat is pure hebzucht. Een mens heeft nooit genoeg, hoe meer men heeft, hoe meer men wilt en anderen die zien hoe gemakkelijk dat gaat, zullen proberen om ook hun slag te slaan. Men zal elkaar blijven bevechten en er zullen doden en gewonden vallen. De goudkoorts is in Suriname losgebarsten. We kunnen alleen maar hopen en bidden dat men snel zal gaan beseffen dat dit land er alleen bovenop kan komen als we samenwerken en vooral samen delen.

“Love your neighbor as yourself and your country more than yourself.”

Josta Vaseur

error: Kopiëren mag niet!