CBvS verhoogt kasreservepercentage van 39% naar 44%

Als onderdeel van de maatregelen van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) om overtollige geldhoeveelheden in omloop te beheersen, heeft de moederbank besloten per 5 april het kasreservepercentage van 39% te verhogen naar 44%. Met deze maatregel is ruim SRD 700 miljoen aan liquiditeiten in de economie gebonden, die de banken verplicht zijn bij de CBvS renteloos aan te houden. 

De directe aanleiding voor de aanscherping van de kasreservepercentage is de meer dan normale groei van de verstrekte kredieten door de algemene banken. In 2022 hebben de algemene banken ruim SRD 2,7 miljard aan nieuwe kredieten verstrekt aan bedrijven en huishoudens, waarvan het gros een niet-productie karakter had. Ten opzichte van 2021 was dat groei van 44%.

Het verhoogde kasreservepercentage betekent dat de banken navenant minder aan kredieten kunnen verstrekken. Hierdoor wordt de vraag in de economie aanzienlijk beperkt, en daarmee  ook de druk op de wisselkoers verminderd. 

In de nota die Financiën-minister Stanley Raghoebarsing onlangs aan de Nationale Assemblee heeft doen toekomen en waarin onder meer uitleg werd gegeven over de oorzaken van de stijging van de wisselkoers, wordt gesteld de monetaire verkrapping (de verhoging van het  kasreservepercentage) plaatsvindt naast de normale Open Markt Operaties (OMO’s) van de Bank (CBvS). De Bank blijft de liquiditeiten in de economie afromen  via de OMO’s (TD-veilingen). 

“Een te grote hoeveelheid liquiditeiten in de economie, vergeleken met wat als normaal noodzakelijk wordt geacht voor het doen van transacties, zal zich vroeg of laat vertalen in de druk op de wisselkoers”, staat in de nota van de Financiën-minister.

Het afromen en binden van liquiditeiten is een belangrijke randvoorwaarde voor het brengen van duurzame rust op de valutamarkt. 

SS

error: Kopiëren mag niet!