De discussies over het heffen van belasting op plastiek verpakkingsmateriaal, waaronder de bekende petflessen, zijn nog niet afgerond. Vast staat wel dat de gelden uit deze belasting rechtstreeks zullen vloeien naar het nog in te stellen Milieufonds. De middelen uit dit fonds zullen conform de Milieuwet gebruikt worden voor de controle op de naleving van de milieuwetgeving. Er moet echter nog bepaald worden hoe de inning, de handhaving en de controle op deze belastingsmaatregelen zullen geschieden. ATM-minister Michael Miskin zei bij de beantwoording van vragen in het parlement dat er nog een aantal zaken met het ministerie van Financiën, met name de Belastingdienst, uitgedokterd moet worden voordat de heffing een feit kan zijn.
De bewindsman wees er op dat de heffing alleen niet zal bijdragen tot een schoon milieu. Het schoonhouden van het milieu is een kwestie van gedragsverandering die bij elke burger ontwikkeld moet worden. Uit de gesprekken tussen ATM en de Belastingsdienst over de heffing is komen vast te staan dat er geen onderscheid gemaakt zal worden tussen lokaal vervaardigd en geïmporteerd verpakkingsmateriaal. Voorts is door beide instanties voorgesteld om de heffing te plegen op het eindproduct, aangezien de grondstoffen voor meerdere doeleinden gebruikt kunnen worden. In de concept-Milieuwet is opgenomen het opzetten van een Milieufonds. Op basis van het principe “de vervuiler betaalt” is de vraag gerezen op wie deze belastingheffing van toepassing zal zijn: de consument, producent of importeur. ‘Op ministerieel niveau zal er over deze kwestie nog gesproken worden en een besluit worden genomen.’