Dagblad Suriname sprak met VHP-Assembleelid Sham Binda over het vertrek van de private sector uit het Tripartiet Orgaan. Hij spreekt over falend beleid. “Als er onvrede is bij partijen dan moet er op een constructieve manier gezocht worden naar oplossingen”, zegt hij. Elkaar de schuld wijzen is volgens hem niet de juiste weg. “De private sector is uit het overleg omdat er onvrede is.”
Volgens Binda wil het bedrijfsleven dat liever vandaag dan morgen de koers omlaag gaat, maar het juist de verdiencapaciteit is, zo benadrukt hij, die nog steeds niet is vergroot. “Dat alleen kan ervoor zorgen dat je koers stabiel wordt en dat is nog niet gelukt”, zegt Binda. Hij noemt de importeconomie, maar ook dat er te weinig zou zijn geïnvesteerd in de agrarische sector.
Heksentoer
“Voor veel ondernemingen die willen investeren is het nog steeds een heksentoer om aan een stuk terrein te komen” vat de volksvertegenwoordiger samen. Terwijl hij juist erop wijst, dat de samenleving ‘prikkels’ nodig heeft om te gaan ondernemen. “Maar juist die stimulering en trainingen blijven uit.” Voor een jonge bevolking zijn trainingen van groot belang, aldus Binda. Ondernemerschap zou al op jonge leeftijd op scholen aangewakkerd kunnen worden door moestuinen aan te leggen.
Het principe van vraag en aanbod
Over de prijzen in de winkels licht Binda het principe van vraag en aanbod toe. “Als er veel vraag naar een product is dan gaan de prijzen omhoog.” Daarnaast noemt hij nog de ‘vervangingswaarde’. “Als je iets hebt gekocht tegen een bepaalde koers en de koers gaat omhoog, dan pas je de prijzen aan, omdat je dat product weer moet kunnen inkopen, want anders is dat het einde van je business. We moeten ons blijven realiseren dat de markt op die manier werkt. Je kan geen ambtenaren naar winkels sturen om boetes op te leggen, dat werkt averechts”, zegt Binda met klem. Bovendien wijst hij nog op een bijkomstig nadeel: “Ambtenaren kunnen dan corrupt bezig zijn en samenzweren met de winkeliers om geld te kunnen krijgen.”
Private sector uit Tripartiet Orgaan
Eind oktober besloot de private sector haar participatie in het Tripartiet Orgaan op te zeggen. Dit Speciaal Tripartiet Overleg (STO) werd in september 2021 door de regering in samenspraak met de traditionele sociale partners ingesteld.
De taak van het STO was primair om tripartiet te geraken tot een sociaal akkoord en daarna het monitoren en bevorderen van de implementatie van de afspraken concreet gemaakt in het Tripartiet Akkoord.
Evaluatie en balans door VSB
De private sector heeft in een schrijven argumenten aangevoerd waarom zij haar deelname in het orgaan heeft beëindigd.
Door het bedrijfsleven is ondermeer aangegeven, dat voornamelijk de focus ‘door de overheid’ gelegd is op belastingen, koopkrachtversterking en sociaal vangnet. Het bedrijfsleven noemt de uitvoering van sociale programma’s een te eenzijdige benadering. Het bedrijfsleven zag het juist als de taak van het STO om bij een eenzijdige of onevenwichtige focus, de overheid daarop te wijzen om zaken bij te kunnen stellen. In de brief haalt de sector daarom aan dat: “Zulks is niet gebeurd en zijn in de afgelegde periode geen voorstellen gedaan om de focus van de overheid op de STO-agenda te brengen.”
Prijsbeleid, Ondernemerschap en Werkgelegenheid
Verder stelt de private sector dat er nagenoeg geen vordering is geboekt dan wel uitvoering is gegeven ten aanzien van de bevordering van de werkgelegenheid. De sector wijst echter wel op uitzonderingen waar er wel vorderingen zijn geboekt. Ook worden het ondernemersklimaat en het prijsbeleid genoemd, die repressief zou zijn.
Reactie ministerie
Het ministerie van Economische Zaken, Ondernemerschap en Technologische Innovatie (kortweg EZ) heeft in een reactie laten weten dat zij een ander inzicht heeft dan de zienswijze van de private sector. “De private sector stelt dat geen enkele vordering geboekt is dan wel uitvoering is gegeven aan deze issues. Integendeel is het ondernemen verder verslechtert in Suriname en vindt er een repressief prijsbeleid plaats vanuit het ministerie van EZ en is de arbeidsmarkt onder druk komen te staan mede vanwege directe concurrentie van de publieke sector die ook na 2021 groeide met meer dan 4.000 personen.
Met de regulering van prijzen c.q. het beleid, is het ministerie van EZ belast en heeft het ministerie als zodanig haar beleid uitgezet om alles in het werk te stellen en te zorgen voor prijsstabilisatie. Daarbij heeft zij ook de ondersteuning van de private sector nodig en dat heeft het ministerie ook benadrukt zowel tijdens haar presentatie voor het Tripartiet Overleg als het gesprek dat de private sector mocht hebben met minister van EZ in het kader van berichten verschenen in de media inzake het Meldingsbesluit. “Dat de private sector regulering van prijzen door de overheid als repressief ervaart, is mijns inziens niet juist”, staat in de reactie.
Verder wordt aangegeven door de vertegenwoordiger van het ministerie, dat het prijsbeleid en ondernemerschap vanuit de kant van het ministerie van EZ continue wordt gewerkt en dat dit proces niet stilstaat.
RB