Persvrijheid onder Venetiaan en Bouterse

Het algemene beeld van een onderzoek, verricht door Regilio Kouwenhoven over de persvrijheid in Suriname, geeft aan dat alhoewel de regering Venetiaan niet uitblonk met betrekking tot de vrijheid van de pers, de huidige regering het toch iets slechter doet. De onderzoeker constateert dat onder de laatste presidentschappen (2000 – 2010) van Ronald Venetiaan er ook voorbeelden te vinden waren van perscensuur. Hij noemt daarbij het torpederen van een aflevering van een editie van ‘Suriname Vandaag’ door de vp die zou gaan over het ‘One China-beleid’. Dezelfde vp zou in 2005 persconferenties van zijn voorganger hebben afgeschaft en radio Apintie in 2007 hebben gedreigd de vergunning in te trekken omdat zij ‘grievend’ zouden berichten.
Sancties tegen kranten
Het rapport maakt gewag van een ‘onaangename gewoonte’ om journalisten of kranten te ‘straffen’ voor onwelgevallige publicaties. Voorbeelden van straffen uit de praktijk zijn het onthouden van overheidsadvertenties aan een dagblad, opzeggen van abonnementen van ministeries, geen persberichten meer doorsturen of individuele verslaggevers of mediabedrijven niet meer uit te nodigen voor persconferenties. Als een sanctie wordt ook genoemd het met (betaald) verlof wegsturen van de huidige hoofdpersfunctionaris door de regering Venetiaan. Dreigtelefoontjes, kogelbrieven en de mishandeling van een voormalig hoofdredacteur van het opinietijdschrift Parbode, worden ook als voorbeelden genoemd. Het rapport noemt specifiek als voorbeeld het uitsluiten van de kranten De West en Dagblad Suriname en later ook Apintie bij persconferenties van het presidentskabinet, omdat zij hadden bericht over megasalarissen van kabinetsmedewerkers.
Wegkopen journalisten
Het rapport van Kouwenhoven meldt als een mindere trend het zogenaamd ‘wegkopen’ van journalisten bij de media door de regering. Op deze manier zouden mediahuizen worden uitgehold. Een beter salaris en meer zekerheid bij de overheid zijn daarbij belangrijk. Na de machtsoverdracht betrokken een aantal journalisten van particuliere media een voorlichtersfunctie.  Dit zou ook onder Venetiaan zijn gebeurd, maar onder Bouterse veel sterker. De overheid biedt hoge lonen in communicatiefuncties. Een communicatiefunctie bij de overheid zou soms drie keer beter betalen dan een journalistieke baan. ‘Het kopen van journalisten, of eigenlijk de hele pers, zodat ze minder kras worden’, is volgens een DNA-lid opvallend tijdens deze regering. Er zouden op gegeven moment 17 journalisten in overheidsdienst zijn getreden tijdens de regering Bouterse. ‘Deze regering heeft voorlichters, propagandamakers, nodig’, beweerde een respondent.
Angst
‘Het is niet onwaarschijnlijk dat een zeer sterk gebaar als politieke moorden, waar de huidige president Bouterse politieke verantwoordelijkheid heeft erkend en persoonlijk van wordt beschuldigd, (onbewust) invloed heeft op de werkwijze van journalisten’, vermeldt een respondent in het rapport. Hij vindt dat zelfcensuur nog steeds een belangrijk probleem is onder Surinaamse journalisten. Zelfcensuur zou er altijd zijn geweest. Er zou wel een kentering gaande zijn, door een gestegen bewustzijn bij journalisten. In het rapport beschrijft een journalist hoe NDP-haviken voor 2010 tijdens persconferenties direct duidelijk lieten blijken niet gediend te zijn van bepaalde vragen.
Beïnvloeding van journalistiek werk
De positie van de staatszender STVS wordt met het nieuwe advertentiebeleid versterkt, concludeert het rapport. Het rapport noemt een tweewekelijkse opdracht aan 2 kranten voor een full-colour advertentiebijlage van minimaal 7 pagina’s die redactioneel wordt samengesteld onder auspiciën van de Surinaamse overheid. Per editie zou dat minimaal SRD 7.000 opleveren aan de kranten. Een respondent in de krant meent dat hij zich ‘niet kan voorstellen dat de kranten even onafhankelijk zijn als zonder zo een bijlage’. Journalisten van die kranten die meeschrijven, zouden ook eraan kunnen verdienen als freelancers en daardoor minder kritisch worden.
Communicatiebeleid
De regering Venetiaan kende geen persconferenties, ook niet na dienstreizen van de president. Deze regering heeft het laatste ingevoerd en gehandhaafd. Het contact met de ministers werd, na het uitsluiten van de kranten en aanvaringen tussen politici en journalisten op de persconferenties steeds minder, om totaal weg te vallen. Het communicatiebeleid van de nieuwe regering is steeds meer gecentraliseerd. Centralisatie zorgt voor spanningen in de coalitie, wordt in het rapport genoemd. Wat de gesubsidieerde STVS betreft, werd er onder het bewind van Venetiaan door de directie niet actief met de inhoud bemoeid. Na het aantreden kreeg een nieuwe directeur vanuit de regeringsstaf inhoudelijke verzoeken.
Zelfcensuur
Zelfcensuur is het op eigen initiatief verzwijgen van (delen van) informatie. Het rapport impliceert dat financiële repercussies, zoals een boycot van het medium door overheid of klanten, ook voorkomen in Suriname. Het gevoel zou ook bestaan dat er veel zelfcensuur is in Suriname. Er is een gevoel dat journalisten van gedrag zijn veranderd na het aantreden van de nieuwe regering en soms een andere baan zoeken. De Surinaamse journalisten zouden niet alles kunnen zeggen wat ze willen, omdat hen onder andere informatie wordt onthouden. Bijdragen die gezien kunnen worden als een persoonlijke aanval, worden vermeden. Media-eigenaren zouden inhoudelijk ook ingrijpen als er omzetverlies dreigt. Een respondent vindt dat zelfcensuur wijdverspreid is. Journalisten zouden afhankelijk zijn van informatie in die kleine gemeenschap. Journalisten in Suriname zouden ook bang zijn om dingen te vragen of te doen. ‘Er heerst een lethargische mentaliteit, misschien zelfs wel onwil, omdat je je vingers kunt branden.’ In Suriname zou de verhouding tussen de politicus en de journalist minder gelijkwaardig zijn.

error: Kopiëren mag niet!